't Groningen Gevoel van...

... Rob Schuur

Beeld Donar: Archief supportersvereniging Donar

Ik ben Rob Schuur, 61 jaar, getrouwd met Sjoukje, twee kinderen die beide zelfstandig wonen (de een in Groningen, de ander in Oostenrijk), woon al jaaaren in Eelde. In het werkend leven ben ik voorzitter van het College van Bestuur van Noorderpoort, een school voor beroepsonderwijs en onderwijs voor volwassenen in stad en ommeland én Assen. En dat doe ik intussen al zo’n 20 jaar. Daarnaast ben ik vice-voorzitter van de Onderwijsraad in Den Haag en ben ik toezichthouder bij een tweetal stichtingen voor openbaar basisonderwijs, in Tynaarlo/Haren en in Menterwolde/Stadskanaal/Veendam.

Geboren en getogen in de stad, opgegroeid aan de West-Indischekade, via de Vinkenstraat uiteindelijk aan de Gorechtkade beland. Opgegroeid in een gezin waar we het niet breed hadden en voor het eerst met sport in aanraking gekomen via de sociaal-democratische principes van vooral mijn vader: de Wandelvereniging Groningen en de zwemclub De Watervrienden. Wat ik mij herinner is verplicht blauwbekkend wandelen in korte broek en hempje vanaf Pasen, keurig marcherend twee aan twee in een rij, en zwemmen in het Noorderbad onder leiding van een strenge badmeester. Het is achteraf gezien geen wonder dat ik sinds die tijd een hekel heb aan wandelen en zwemmen.

Als een van de weinige leerlingen mocht ik na de lagere school (Van der Palm Daltonschool, Korreweg) naar de Rijks HBS, vooral dankzij het aandringen van mijn moeder bij het hoofd der school, meester Van Dijk. Het was immers geen uitgemaakte zaak dat kinderen uit een arbeidersbuurt naar de HBS gingen.

Op de Rijks HBS aan de Grote Kruisstraat in Groningen kregen we gym van meneer Mual. Gym was bij hem vooral jongelui geïnteresseerd zien te krijgen in basketbal. Al snel werd ik door deze sport gegrepen en werd lid van de basketbalvereniging van de school, Brinio. Ik had mijn lengte mee en was blijkbaar ook vaardig genoeg om snel stappen te kunnen maken en belandde uiteindelijk bij de senioren in regionaal/landelijk spelende teams. Dat Groningen dé basketbalstad van Nederland zou worden, kon ik toen nog niet bevroeden.

Het basketbalwereldje werd mijn wereld, ook in mijn studententijd. Ik ging geschiedenis studeren aan de RUG en hield voldoende tijd over (of maakte ik tijd?) om vooral veel te trainen, mijn wedstrijden te spelen, en ook al vanaf mijn 18e bestuurlijk actief te zijn.
Van jongs af aan heb ik de attitude dat iedereen naast zijn studie of werk ook vrijwilligerswerk moet doen. Als iedereen dat zou doen zou de samenleving een stuk aangenamer zijn.
Zo was werd ik op mijn 20e voorzitter van de basketbalafdeling van de omnivereniging Olympia, later ook secretaris van diezelfde omnivereniging, secretaris van het district Groningen van de NBB, behaalde mijn trainersdiploma’s en gaf veel trainingen. Zo heb ik Martin de Vries, living legend van Donar, de eerste dribbels bijgebracht.

In de laatste fase van mijn studie kreeg ik een baan als docent geschiedenis en maatschappijleer aan de scholengemeenschap in Woldendorp, in Oost-Groningen. In het gebied waar het verhaal van de graanrepubliek van Frank Westerman speelt. Een gebied vol tegenstellingen. Basketbal was daar niet aan de orde. Het was voetballen of de gymnastiekvereniging.
Samen met collega’s is er toen door in Woldendorp een tennisclub uit de grond gestampt, inclusief tennispark(je). Ik ben gaan tennissen en werd ook na enige tijd daar voorzitter van de club, na enige tijd voorzitter van de Oost-Groninger Tennis Bond, en nog iets later voorzitter van het district Groningen van de KNLTB en lid van het bondsbestuur. Zélf sporten en sport besturen zijn bij mij altijd samengegaan.

Halverwege de jaren tachtig kwam ik terug in Groningen, kreeg een directiefunctie aan de Kranepoort in Groningen, één van de rechtsvoorgangers van Noorderpoort.
Mijn toenmalig tennismaatje Henk Schildkamp (toen voorzitter van de Raad van Bestuur van RZG) vroeg mij toen al eens of ik geen voorzitter wilde worden van Donar. Daar had ik toen geen oren naar. Donar kende toen roerige jaren. Die geschiedenis zou zich overigens voortdurend herhalen.
Begin jaren negentig belandden wij in Paterswolde, en …. na enige tijd werd ik voorzitter van de tennisclub, heb dat 10 jaar gedaan.

Onder andere door de intussen bijna 20-jarige relatie tussen Noorderpoort en Donar bleef ik betrokken bij het basketbal. Op enig moment verging het de club wederom niet best en besloten Albert van der Ark, Robert Nienhuis, Bart Wittens, Bert Rolf en ik onder andere op verzoek van Jaap Wolters van Hanzevast de bestuurlijke handschoen op te pakken. Vijf intensieve jaren volgden waarbij voldoende zakelijke basis onder de club werd gelegd om blijvend in de top van Nederland te kunnen meespelen.

Het laatste half jaar van deze periode staat mij nog vaak bij. De “wetten” van de professionele sport kon je blijkbaar niet negeren. Het niet verlengen van een tijdelijk contract werd gebracht als ontslag. Rumoer alom, waarbij het bestuurlijk werk ook het dagelijks werk en het privé-leven binnenkwam. Kortom, tijd om te stoppen, met veel pijn in het hart, maar zeker ook met zelfverwijt omtrent naïviteit rond communicatie en het handelen van anderen.
Trots ben ik nog steeds op Donar. Het is de meest toonaangevende basketbalclub van Nederland, spelend in de mooiste basketbalarena van Nederland, met de meest trouwe supporterschare en businessclub. Ik kom er nog steeds graag, blijf verbonden met deze club!

Sport en stad brengt Noorderpoort en dus ook mij samen in de Euroborg. Noorderpoort was op zoek naar een nieuwe locatie voor haar toenmalige hotelschool en wij wilden dat graag realiseren in een bedrijfsmatige omgeving. De gemeente nodigde ons uit voor een oriënterend gesprek over de bouw van een nieuw voetbalstadion. Wij besloten te participeren en investeerden in het vastgoed, zo’n kleine 25% van het stadion en daarmee werd Noorderpoort een van de partijen die de bouw van het stadion mogelijk maakte. En met die realisatie kon ook FC Groningen een belangrijke stap in de continuïteit maken. Topsport en onderwijs gingen dus niet alleen goed samen bij Donar, maar ook in het mede kunnen realiseren van de ambities van de FC.

Sport en stad zijn diep met elkaar verbonden. Een groot deel van de bewoners van onze stad is student. En die bewoners en studenten verdienen top-sportaccommodaties. Zeker ook de mbo-studenten! Voor hen is er immers geen soort voorziening als de ACLO.
Vanaf september 2018 staat er een geweldig sportcomplex op het Europapark, op het voormalige trainingsveld van FC Groningen. De gemeente en Noorderpoort hebben hierin op een geweldige manier samen opgetrokken. Overdag kunnen daar wekelijks duizenden mbo-studenten sporten en in de avonden en weekenden de verenigingen. Ook het deels braakliggende buitenterrein op het gehele Europapark wordt ingericht als sportaccommodatie, open toegankelijk voor iedereen. Dit is een project waar we vanuit Noorderpoort 10 jaar aan hebben gewerkt, onder andere door Hein Gerd Triemstra, een andere Donar-basketballegende.
Noorderpoort verbindt zich zo aan de sport in de stad, evenzo aan verschillende regionale talentencentra én natuurlijk haar Johan Cruyff College.

Onderwijs, sport, stad en regio Groningen, talentontwikkeling zijn één op één verbonden met mijn leven. Gelukkig vinden Sjoukje en mijn actief sportende kinderen dat ook!