Tijdelijk voetbal supporter
Sportmomenten die ik in mijn jeugd heb beleefd die mij nog goed op mijn netvlies staan zijn niet mijn eigen wedstrijden, maar de de EK’s en de WK’s voetbal. Bijvoorbeeld de grand finale Duitsland tegen Nederland in 1988 (nou ja voor mij was het wel een finale). Voor aanvang van de wedstrijd zei mijn vader: (leraar Duits met Duitse roots) “moge de beste winnen”, waarop mijn twee broers woedend werden en hem bijna het huis uit hebben gezet. In huize Luers was de spanning te snijden. Alleen dat al vond ik als negenjarig meisje geweldig. Er werd door alle aanwezigen gescholden en gefloten en ik keek mijn ogen uit hoe de emoties hoog opliepen. Dit was duidelijk iets belangrijks. De tribune vol supporters in oranje tenue. De oranje indiaan met de grote trommel was er toen al bij. Na het eindsignaal het doorlopende getoeter van de auto’s die de overwinning door onze (normaliter gezapige) wijk in Bedum vierden. Mijn vader had na de wedstrijd zijn voorbehoud losgelaten en was inmiddels overtuigend Nederlands Elftal aanhanger. Het viel niemand in huis op dat ik nog laat op was. De sfeer die de overwinning met zich bracht, daar kon ik wel aan wennen.
Ik werd liefhebber van oranje feestjes. Bij vrienden thuis, op onze eigen bank, maar bij voorkeur in een van de de kroegen in Groningen. Ik vind het bijzondere avonden. De voorpret: het uitzoeken van de oranje outfit, oranje assecoires afgemaakt met een oranje vlaggetje op de wang. De spanning, het “wij”-gevoel, de trots, de schorre keel van het schreeuwen en in mijn hand een glas alcohol om de spanning weg te spoelen. Tevoren weet je niet of de avond lang of kort wordt. Verliezen “we” dan is de sfeer niet meer leuk en taai ik af naar huis. Winnen “we” dan is de kans op een extreem leuke avond groot. Gedurende een week of vier houd ik me bezig met de samenstelling van het elftal, de naam van de bondscoach, ken ik wedstijdschema’s en babbel ik driftig mee met de nabeschouwingen. De meningen die ik erop na houd gejat van gasten in praatprogramma s en andere mensen in mijn omgeving die iets zeiden dat me wel aannemelijk klonk.
Ook de woorden van een collega die zwaar gepikeerd was toen ik er met de EK-Poule pot van 280 Euro vandoor ging, heb ik wel eens gebruikt in een voetbal discussie. Volgens hem was het trouwens onmogelijk dat ik de voorspelling zelf had ingevuld. De overige deelnemers waren experts van het mannelijk geslacht. Tijdens de prijsuitreiking zei de betreffende collega: “Gefeliciteerd met je prijs Floris… ehh Dorien.” O wat was dat kinderachtig. Alsof ik zelf niet wat cijfertjes kan invullen.
In 2012 wees de betreffende collega me op de op de tien geboden EK voetbal kijken voor vrouwen van schrijver Kluun. Hij schreef “met een knipoog” hoe ik me als vrouw tijdens de wedstrijden zou moeten gedragen. Mijn collega nam de geboden letterlijk en vertelde me dat ik de tijd van het EK duidelijk benutte om mijn kennis van de buitenspelregel op te vijzelen en ik zou ook wel een keer hebben geroepen dat het maar een spelletje is. Omdat op nummer 1: “Gij zult niet meedoen aan een voetbalpoule op kantoor, creche of sportschool, zulks ter voorkoming dat u schreeuwt voor een Penalty van die Portugees.“ staat werd ik vanaf 2012 uitgesloten van deelname aan de poule.
Ik bleef voetbalwedstijden vieren. In het woord “vieren” zit het woord “eren”. En dat is wat je na een overwinning doet. Je eert de spelers die voor de overwinning hebben gezorgd. In mijn geval niet omdat het voetbal me zo boeit, maar vooral omdat ze voor een mooi feestje hebben gezorgd. En op korte termijn misschien nog een mooi feestje, en daarna nog een! En dat eren dat doe ik met alle liefde. Sterker nog, ik heb er mijn liefde aan overgehouden. Het was op 4 juli 1998 dat Nederland tegen Argentinië moest spelen. Een magische avond, waarin niet alleen Nederland won, maar ook ik in de prijzen viel. Ik ontmoette die avond in uitgelaten stemming mijn huidige man. Ik ben ervan overtuigd dat wij onze relatie te danken hebben aan Dennis Bergkamp die in de 90e minuut het overwinnende doelpunt maakte. Als dat doelpunt niet gemaakt was waren we aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid na het fluitsignaal beiden naar ons eigen huis gegaan en was het misschien wel nooit tot kennismaking op hoog niveau gekomen.
Het is 2021 en het EK is begonnen. We zitten midden in een pandemie en mogen in huis maximaal vier mensen ontvangen. Elkaar om de nek vliegen bij een doelpunt van een van onze helden is een overtreding waar Corona op staat. Toen op tijd het besluit werd genomen de kroegen te openen dacht ik even dat ons landelijk bestuur ‘s lands belang van een goed oranjefeest inzag. Helaas bleek het kijken op groot scherm voorlopig nog niet toegestaan. Gevolg is een oranjefeestje in eigen huis. Onze kinderen zitten naast elkaar op de bank met rood wit blauwe vlaggetjes van schmink op hun wangen. Ze blazen hard op hun oranje roltong. Naast de televisie staat een oranje knuffel van Loekie de Hamster. Ze hebben een oranje rol Pringles en een oranje fles Fanta klaar gezet voor tijdens de wedstrijd. Ze zijn duidelijk gespannen en hebben alle vertrouwen in een goede afloop. Hier begint de liefde voor oranje avonden misschien voor hen zoals het voor mij in 1988 begon. Ik word gek van het getoeter van de roltongen. Een oranje feestje onder het genot van een kop jasmijnthee blijkt mij toch niet in de stemming te brengen. Ik mis de goede oude tijd: het grote scherm in de Bolster, Grote Griet of ergens in een cafe bij de Kromme elleboog. Een paar uurtjes ouderwets schreeuwen met mijn vriendinnen. De helden lopen het veld op. Ze lijken steeds jonger te worden. Ik schrik even van de gedachte dat ik vroeger op de grote schermen op de grote markt in Groningen naar de vaders van een aantal spelers keek. Ben ik nu oud? Het is de hele setting: de kinderen op de bank, het idee dat ik geen 20 meer ben, en dat alles in combinatie met de jasmijnthee. Dit is toch niet de beleving waar ik zo van houd. Ter plekke besluit ik een time out in te lassen en deze ronde over te slaan. Ik ben niet in de stemming. Een groot feest zit er buiten de studentenhuizen toch niet in dit jaar. Rest alleen nog te genieten van de inhoud; het voetbal. En laten we wel wezen: de inhoud vond ik toch altijd het minst interessant van de oranje beleving. Het zou mij niet verbazen als ik niet de enige vrouw ben die zich door Corona dit EK wat meer afzijdig houdt van bemoeienis met het oranje legioen. Brengt Corona toch nog iets goeds voor voetballiefhebbers en in het bijzonder voor mijn (inmiddels voormalig) collega en de heer Kluun.
Nu het er toch niet meer toe doet kan ik ook wel bekennen dat ik de winnende EK Poule inderdaad niet zelf had ingevuld. Mijn collega had het bij het rechte eind. Maar ach, wees toch mild voetballiefhebbers. Wees mild voor deze onwetende oranje supporters vrouw.
We hebben samen toch mooie overwinning feestjes gevierd in Groningen.