Sport in Stad: intro
Er was eens een tijd, zeg maar zo’n halve eeuw geleden, dat drommen mensen - in hoofdzaak mannen - zich ’s zondagsmiddags zo rond de klok van half vijf naar ‘t Zuuderdaip spoedden en zich verzamelden voor het monumentale pand van het Nieuwsblad van het Noorden. Terwijl men buiten de spanning voelde, werd er binnen door de sportredactie van deze krant hard gewerkt om - telefonisch en via de radio - de voetbaluitslagen in het betaalde voetbal te verzamelen. Een deel van het publiek was de ene week afkomstig van of het Oosterpark, de andere zondag van de Esserberg. Daar hadden ze GVAV c.q. Be Quick zien winnen, verliezen of gelijk spelen. Waarna het zo snel mogelijk per fiets naar ’t Neisblad ging om kennis te nemen van de overige uitslagen. Die werden op manshoge borden voor het raam gezet. Witte, plastic letters waren in allerijl op een zwart rubberen vlak gepind. Dat leidde tot intense, soms zelfs emotionele straatdiscussies. Zeker als Elinkwijk, om maar eens wat te noemen, Feijenoord (ja, toen nog met een Nederlandse ij geschreven) had verslagen. Maar ook Zwolse Boys – Zwartemeer kon een uitslag opleveren die het bespreken waard was. En natuurlijk was er nieuwsgierigheid naar de prestaties van de andere Groninger clubs, Oosterparkers en Velo(citas). En dat gold tevens, zij het in mindere mate, voor Veendam. Want daar, op de gevreesde Langeleegte, speelden Stadjers als de van Helpman afkomstige gebroeders, Klaas en Jan van den Berg, de GVAV-ers Renze Veenstra en Bé Kuiper, Harenaar Henk Georg en de bij Groen Geel opgegroeide Evert Drommel, een razendsnelle en doeltreffende buitenspeler.
Pas 24 uur later kwamen de voetballiefhebbers te weten waarom er was gewonnen, hoe er werd verloren en wat de reden was van een al of niet kleurloos gelijkspel. Dan stonden de verslagen in de krant. Niet alleen in het Nieuwsblad, maar ook in de Groninger editie van het Vrije Volk, zeg maar de PvdA-krant, en het katholieke dagblad Ons Noorden. Uitgebreide wedstrijdverslagen, waarin de verslaggevers nog exact beschreven hoe een doelpunt tot stand was gekomen, ballen het houtwerk teisterden en over de lat scheerden. Zelfs hoe het weer was als die zondagmiddag standaard om half drie was afgetrapt. Teksten die werden gevreten, net als de bijbehorende foto’s. Geen foto van twee man en één bal, maar beelden die de sfeer van het Oosterpark of de Esserberg goed weergaven. Soms werd een tekenaar ingehuurd voor een karikatuur van een speler die was opgevallen. De kranten voeren er wel bij.
Voor de generaties van nu, die opgroeien in een tijd waarin de digitale nieuwsvoorziening dominant is, moet deze vorm van sportjournalistiek nauwelijks nog voorstelbaar zijn. Het is tegenwoordig, waarin we allemaal een iPhone, smartphone of tablet bij ons dragen, allemaal facebook, twitter en instagram dat de klok slaat. Scoort Michael de Leeuw in de Euroborg in de 13de minuut, dan komen tienduizenden voetballiefhebbers elders in het land dat nog diezelfde minuut te weten. Zelfs de tv, althans die van de publieke omroep, kan dit tempo niet meer bijbenen. Je moet je wel volledig van de huidige wereld afsluiten wil je ’s avonds om zeven uur nog maagdelijk aan Studio Sport beginnen. Bij het gebouw van het Dagblad van het Noorden, aan de Lübeckweg gesitueerd, is om half vijf ’s zondags geen hond te zien. De krant zet de uitslagen inmiddels ook op de digitale snelweg en komt de dag erna met een doorgaans beschouwend verhaal en een kaderstuk met reacties. Gelardeerd met eigentijdse foto’s – kenmerk: ze zouden in elk willekeurig stadion kunnen zijn gemaakt – en zonder grappige karikaturen. Maar wel weer met rapportcijfers voor de spelers.
Desondanks lijden de kranten. Hun verliezen zijn een gevolg van de tand des tijds. De behoefte aan gedrukt leesvoer is in een gestaag tempo aan het wegebben. Vooralsnog ziet het er niet naar uit dat abonneekranten weer huis aan huis in de bus glijden. Het nieuws dat op de digitale snelweg wordt verspreid, is veel goedkoper. Gratis zelfs, in de meeste gevallen. Concurreer daar als klassieke courant nog maar eens tegenop. Dat is onbegonnen werk.
De leescultuur is veranderd. Sportliefhebbers 2.0 zitten niet meer te wachten op krantenverslagen. Ze hebben, vanaf vrijdagavond, alles al tig keer op tv gezien. De doelpunten kunnen ze wel dromen en ook de analyses zijn veelvuldig en heet van de naald. Bij de betaal-tv zijn alle eredivisieclubs live te zien, zowel uit als thuis. Alsof dat nog niet genoeg is trekken ook alle buitenlandse competities die er toe doen voorbij in de huiskamers. Wie wil, kan in een weekend en met een beetje beleid wel een wedstrijdje of vijftien zien. Probeer dan maar eens ook nog een krant te lezen.
Toch is er in dit medialandschap 2.0 nog een terrein dat er nog redelijk braak bij ligt. Hier zoeken de fijnproevers in de sport hun eldorado. Zij willen meer dan uitslagen, doelpuntenmakers en standen, zij willen vooral genieten van culturen in de sport. Van romantiek, nostalgie en bijzondere mensen in deze wereld. Lezers die zich graag laten meeslepen in verhalen die je in de traditionele media niet zult vinden, al was het alleen maar vanwege ruimtegebrek. Sport in Stad wil die lacune opvullen. Regionaal, zoals Hard Gras (voetbal) en De Muur (wielrennen) dat landelijk al doen. Daarin staan verhalen waar je even voor gaat zitten. Ten eerste omdat ze doorgaans bijzonder van inhoud zijn en ten tweede omdat je ze niet in een minuutje of twee hebt gelezen. Er wordt naar Hard Grasachtige elementen gestreefd. Maar commentaren, analyses en columns worden niet gemeden.
De redactie is jong en ambitieus, al zal met gestage regelmaat ook een seniorschrijver aan deze bak mogen. De redactie heeft in dit segment al een groot aantal illustere medewerkers waaronder Ron Jans, Jan Vlieg en Jaap Lenstra mogen begroeten.
Sport en Stad beperkt zich niet alleen tot voetbal en wielrennen, maar ontfermt zich, als daar tenminste aanleiding voor is, over álle sporten in Groningen-stad. We nemen u mee terug naar de tijd dat journalisten bij Donar nog op de coachbank mochten plaatsnamen, naar de jaren van het populaire bedrijfshandbal in de bloemenveiling, tophandbal op soms spekgladde stoeptegels en de Hall of (sport)Fame die de Korenbeurs ooit was.
Maar uiteraard is er meer dan overheerlijke nostalgie. Er zal ook volop aandacht zijn voor clubs en activiteiten in het heden. Hoe de 78-jarige Gerard Gibcus er al jarenlang in slaagt op zomerse donderdagavonden een groot en buitengewoon divers wielerpeloton op de baan rond sportpark Corpus den Hoorn te trekken. Toppers, subtoppers, amateurs, recreanten, man, vrouw, jong en oud. Bauke Mollema in het wiel van hardloopkampioen Thijmen Kupers. Marathonschaatser Karlo Timmerman zij aan zij met journalist Loek Mulder. Het jeugdige talent Sjors Beukeboom dat brutaalweg uit het hol van Tom Jelte Slagter demarreert en voormalig criteriumkoning Peter Stokje op zijn ‘ouwe’dag in de staart van het peloton, samen met duathlonatlete Erika Broekema.
En lopen er nog bookmakers in Groningen rond? En boksers? Wordt er nog gebiljart? Het palet dat Sport in Stad nastreeft, zal rijk van schakering zijn. Geen sport ontkomt aan onze aandacht. Evenals sporters die er toe doen in Stad. Of dat ooit hebben gedaan. Aan illustere, kleurrijke toppers geen gebrek. Vroeger niet en nu niet.
Niet voor niets gaat Sport in Stad de lucht in op de dag dat voor stadion Euroborg het standbeeld van wijlen Tonny van Leeuwen wordt onthuld. En vanzelfsprekend is aan deze legendarische keeper van GVAV, annex sigarenboer aan de Hereweg, een bijzondere story gewijd.
Tonny van Leeuwen als opmaat voor Sport in Stad, het kon minder.