Plantsoenloop

Door: Dick Heuvelman

Aan hardloopwedstrijden geen gebrek in Groningen. De Vier Mijl, de Bommen Berend Loop, de Nacht van Groningen, de Ladies Run en niet te vergeten de oudste in jaren, de Plantsoenloop. Een echte klassieker, anno 1958.

Op de erelijst prijken tal van illustere namen, zoals Willem Huizinga, Egbert Nijstadt en Willy Weert. Van dit trio mag Willy Weert toch wel de meest bijzondere winnaar worden genoemd. Hij was al een veertiger, 41 om precies te zijn, toen hij zegevierde.  Geen leeftijd meer voor het leveren van topprestaties in een sport als atletiek, maar Willy Weert was de uitzondering die de regel bevestigde. Hij was een échte laatbloeier.

Zoals zo veel kinderen ging Weert eerst op voetbal. Eerst bij de VV Haren en toen hij naar de Grunobuurt in de stad was verhuisd, werd Velocitas zijn club. Daar, in het Stadspark, viel hij al de smaak bij de trainer Donaghi, één van de twee Engelse trainer die Velo heeft gehad. Weert was de kaap van dertig jaar al gepasseerd, toen Donaghi hem bij het eerste elftal wilde roepen. Let wel, Velocitas stond toen aangeschreven als een topclub, speelde op het allerhoogste hoogste niveau.  

In die tijd echter had de trainer, als het om opstellingen ging, niet alles te beslissen. Het bestuur sprak ook een hartig woordje mee. En zo kon het gebeuren dat Weert de loopplank naar het groenwitte vlaggenschip niet mocht betreden. De hoge heren van het bestuur vonden hem met zijn 31 jaar te oud.

Willy Weert kreeg nog wel advies mee van de heren:  “Ga jij maar hardlopen, je kunt wel drie wedstrijden achter elkaar spelen.”

Weert volgde die raad prompt op. Hevig gekrenkt bedankte hij als lid van Velo en meldde zich bij de club die op hetzelfde veldencomplex actief was, de atletiekvereniging Nurmi. Binnen de kortste keren ontwikkelde hij zich tot een prijzenjager op de lange afstanden. Met de Tsjecho-Slowaakse locomotief Emiel Zatopek, overladen met Olympische roem bij de Spelen van Helsinki in 1952, als grote voorbeeld leefde Weert zich uit in het verslinden van kilometers. Dat kon mooi in het Stadspark, op een steenworp afstand van zijn huis.

Als hij niet voor Van Gend en Loos in touw was, het voorheen zo gerenommeerde expeditiebedrijf waar hij op de loonlijst stond, draafde hij door Stadspark. Hetzij kriskras over de wandelpaden, dan wel op de sintelbaan stond het Velo-veld. Of leefde hij zich uit in wedstrijden, zowel op de klassieke 400 meterbaan, in het veld of op de straat. Hij was van alle markten thuis. Het hardlopen was zijn lust en zijn leven.

Zelden een atleet gezien met de toewijding van Willy Weert.

Hoewel hij dus op voor sportbegrippen late leeftijd de atletiek indook, was zijn carrière lang te te noemen. En ook succesvol, want Willy Weert won overal en nergens. Niet alleen de Plantsoenloop, maar ook de toen befaamde cross van Appèlbergen, de Bosloop van Winschoten en op de Kalverdijkje-run in Leeuwarden staan op zijn naam.

Opmerkelijk was ook zijn triomf op de vijf kilometer in de noordelijke titelstrijd van 1956. Hij was toen al 39 jaar, maar dat hinderde hem niet zijn persoonlijk record met liefst zestien seconden te verbeteren. En op 42-jarige leeftijd maakte hij nog zijn debuut als international, bij het EK cross.

Ook nadat hij uit het wedstrijdcircuit was verdwenen, bleef hij lopen. Niet alleen in het Stadspark, maar ook in het Noorderplantsoen. Als 84-jarige liep hij nog met de trimmers mee, alvorens hij in 2011 zijn eeuwige finish bereikte. Die kwam voor hem op 93-jarige leeftijd. Hij bewees daarmee dat hardlopers per definitie zeker geen doodlopers zijn.

 


Dick Heuvelman

Over Dick Heuvelman

Dick Heuvelman is synoniem aan Het Sportgeweten van het Noorden. Maar de oud-sportjournalist van het Dagblad van het Noorden, laat ook de landelijke en internationale sport niet met rust.

WEBSITE