Oranje Nassau nieuwe voetbal-eeuwling
Beeld: Jubileumsite Oranje Nassau
Voetballend Groningen heeft er binnenkort weer een eeuwling bij. Eind volgende maand viert de Christelijke Voetbal Vereniging Oranje Nassau Groningen haar honderdste verjaardag. Om precies te zijn op maandag 30 april, niet toevallig de geboortedag van wijlen Prinses Juliana van Oranje Nassau, die op de oprichtingsdag van de Groningse voetbalclub haar negende verjaardag vierde.
Oranje Nassau, al sinds de jaren zestig voetballend op sportpark Coendersborg, is min of meer dé zaterdagclub van Groningen. Tot ver in de vorige eeuw had de club – in de volksmond vaak kortweg O.N. genoemd – in de stad weinig concurrentie te duchten. PKC’83 bestond nog niet en andere zaterdagclubs zoals het in 1952 als afsplitsing van O.N. opgerichte Lycurgus, GCSV en Potetos speelden doorgaans op een veel lager niveau. Kortom: wie in Groningen op zaterdag op niveau wilde spelen en van christelijke huize was, kon goed beschouwd maar op één adres terecht: bij Oranje Nassau.
Oranje Nassau heeft prachtige voetballers voortgebracht. Als jeugdvoetballer van het indertijd nog vrij katholieke Amicitia VMC bleef ik zaterdag op Sportpark Corpus den Hoorn vaak nog even hangen om ’s middags naar het eerste van ON te kijken. Vol bewondering keek ik naar Engel Antonides. Een speler met niet alleen een prachtige naam, maar ook met een fluwelen techniek. Later zag ik er uitblinkende spelers als onder anderen Gerard Molenaars, Bert Mooibroek en ‘Japie’ Hindriks in actie. En Hans Robben, inderdaad, de vader van.
Oranje Nassau is niet meer de grote vereniging die het geruime tijd was. De wijk Helpman is vergrijsd, de ontkerkelijking zet onverminderd door en zaterdagvoetbal is in de stad al lang niet meer het domein van een handvol clubs. Bijna alle zondagclubs hebben tegenwoordig een zaterdagafdeling en sommige zijn zelfs volledig van speeldag geswitcht. Had Oranje Nassau ooit rond de twintig seniorenteams en een grote, bloeiende jeugdafdeling, anno 2018 zijn er nog maar zes mannenelftallen over en heeft de club in sommige leeftijdscategorieën geen jeugdelftallen meer.
Meer dan ooit moet Oranje Nassau met hulp van trouwe sponsors dan ook een beroep doen op spelers van buitenaf om zich in de hogere regionen van het amateurvoetbal te kunnen handhaven. De spelers van het eerste elftal krijgen een redelijke onkostenvergoeding, maar er zijn in stad en regio verscheidene clubs die broodvoetballers financieel veel meer te bieden hebben. Dat heeft sportieve gevolgen. O.N. degradeerde vorig seizoen uit de hoofdklasse en is nu een subtopper in de eerste klasse. Dat is na de herinvoering van de tweede divisie en de komst van de derde divisie nog maar het zesde niveau in Nederland.
Een vrij recent voorstel om het ‘christelijke’ uit de clubnaam te verwijderen en verder te gaan als vv Oranje Nassau viel niet in goede aarde bij met name de oudere garde. De huidige naam blijft dan ook zeker nog wel een tijdje ongewijzigd. Binnen de club sluiten sommigen een fusie met sportparkgenoot Amicitia VMC niet uit. Misschien is dat op den duur ook wel onvermijdelijk en de enige manier om te overleven. Maar zover is het nog lang niet en voor de echte ON’ers is het te hopen dat het zover ook niet komt. Maar niet alleen voor de leden en oud-leden zelf. Oranje Nassau heeft een goede naam in de stad. De eeuwling is een prettige club waar je als toeschouwer of als tegenstander graag komt.