Marloes Oldenburg houdt alle opties open voor boottype naar Tokio

Door: Koos Bauman

Het uitvallen van de centrale trainingen dit voorjaar vanwege Corona kwam Marloes Oldenburg niet slecht uit. Ze is ook een van de weinige topsporters die blij is dat de Olympische Spelen van Japan een jaar zijn uitgesteld. De Gyas-roeister stapte begin dit jaar over van de acht naar de twee-zonder-stuurman en verwacht er zeker volgend jaar in Tokio bij te zijn. De Groningse heeft nog veel boottrainingskilometers nodig om daar te komen en het is nog onzeker of dit wel in de twee-zonder zal zijn.

,,De zes weken intelligente lockdown dit voorjaar was de beste periode van mijn leven. Ik weet het, voor veel mensen en de economie is het desastreus. Ook mijn vader, die op de intensive care in Nijmegen werkt, waren het geen leuke weken. Ik had zes fantastische weken thuis in Groningen. ‘s Ochtends opstaan, anderhalf uur op de roeiergometer, fietsen en tussendoor het huis verbouwen.” De Groningse is getrouwd met Rogier Blink, die na zijn carrière als actieve toproeier, tegenwoordig trainer is bij ‘zijn roeivereniging’ Gyas en het Regionale Trainingscentrum Noord. Blink kon als trainer in die periode ook niet aan het werk en trainde mee met de dagelijkse trainingen van Marloes. ,,Voor hem was het wel weer even wennen.’', laat ze fijntjes weten. ,,En soms gaf ik online les vanuit huis’', vertelt Oldenburg die partime-docent anatomie bij het Wenckebach Instituut UMCG is.

Geboren in Den Haag verhuisde Marloes Oldenburg op jonge leeftijd met haar ouders naar Leeuwarden waar ze bij Orca een ‘verdienstelijke’ zwemster was en vele medailles bij de kringkampioenschappen won. Daarbij mag ze zich graag ook een doelstellen, zoals het verbeteren van het zestien jaar oude Fries vlinderslagrecord van Karin Brienesse. ,,Ik trainde met Ranomi Kromowidjojo en andere grootheden in die tijd, maar had net niet voldoende talent om bij de nationale zwemequipe te komen.’' Die ambitie en het stellen van doelen heeft de Groningse bij het roeien ook. Hoewel, toen ze naar Groningen verhuisde om te studeren, was ze helemaal niet van plan om nog aan topsport te doen. Laat staan roeien.

,,Topsport is prachtig, maar om als 22-jarige nog elke dag om half vijf je bed uit te komen... Ik had vanaf mijn zesde getraind voor zwemmen en moest aftrainen toen ik in Groningen kwam. Ik heb vervolgens diverse sporten gedaan zoals lacrosse en klimmen. Met het roeien kwam ik eigenlijk toevallig in aanraking. Via een duursportcompetitie waarin verschillende sportonderdelen zaten, moest je ook twee kilometer op de ergometer roeien. Ik ging harder dan de eerstejaars dames van Gyas en kreeg direct een aanmeldingsformulier. Ik wist verder niets van roeien. Had ook nog nooit van Aegir gehoord.’' Na een jaar roeien kwam de topsportambitie weer naar boven. ,,Ik had geen voorbeeld boven me op de vereniging Ja Sophie, maar die zat al bij de equipe in Amsterdam. In het eerste jaar wonnen we het eerstejaarsklassement in de acht. Het gebeurde geleidelijk. Iedereen ging het jaar door met wedstrijdroeien.’' Dat topsport haar bleef trekken, bleek doordat ze zelfs een keer met haar geboortedatum fraudeerde. ,,Dat was voor een weekend op de Bosbaan om daar te kijken bij de trainingen van de toppers en zelf ook wat te laten zien. Dat leek me wel leuk. Mijn geboortedatum heb ik toen veranderd omdat je nog geen drieëntwintig jaar mocht zijn. Uiteindelijk kwam ik er toch wel, want ik leerde Rogier kennen’', vertelt ze lachend.

De één meter en zeventig centimeter lange Groningse is wat aan de kleine kant in vergelijking met de gemiddelde toproeister die bij voorkeur minstens vijftien centimeter langer moet zijn. ,,Die vragen krijg ik elke keer. Je staat dan al met 2-0 achter. Ook afgelopen periode kreeg ik weer bij de metingen te horen, ‘Jij bent klein.’ Mensen hebben direct een oordeel. Ik ben er nu wel in gehard. Het is ongelooflijk hoeveel kansen grote mensen laten liggen. Het gaat er niet alleen om dat je lang bent. Je moet de boot ook snelheid kunnen geven. Als je eenmaal in het team van Josy (Verdonkschot, de bondscoach; KB) zit, hoef je je niet onveilig te voelen. Hij laat je niet zomaar vallen.’'

De Gyas-roeister heeft er wel hard voor moeten strijden om bij het team van de bondscoach te komen. In 2016 maakte ze samen met Lisa Scheenaard (Theta, Eindhoven) een alternatief plan om in de dubbeltwee kwalificatie voor de Olympische Spelen van Rio af te dwingen. Het voorseizoen was succesvol, maar tijdens het kwalificatietoernooi had Oldenburg buikloop en had het duo in de finale onvoldoende vermogen voor het ticket naar Rio. Josy Verdonkschot had de beide dames inmiddels wel in zijn equipe opgenomen. Het meest succesvolle jaar tot nu toe werd 2018 in de acht met twee overwinningen bij World Cups, brons bij het Europees kampioenschap en bij de wereldkampioenschappen waren ze de snelste Europese boot, maar waren Amerika, Canada en Australië sneller. ,,Eigenlijk moet je niet alleen naar het resultaat kijken, maar ook als ploeg ging het goed.’' Na een teleurstellend seizoen vorig jaar in de acht zit Oldenburg nu in de twee-zonder met Carline Bouw.

Een misrekening van Josy. Tijdens de selectie voor de vier-zonder viel Carline af terwijl verwacht was dat Ymkje Clevering zou afvallen. Clevering had in de winter haar sleutelbeen gebroken en het duurde langer dan verwacht voordat ze weer volledig fit was. ,,Op het selectiemoment stond Ymkje er wel en viel Carline buiten de boot. Carline wilde toen stoppen en Josy heeft vervolgens de twee-zonder voorgesteld.’' Een boottype dat oorspronkelijk niet op het programma stond. De Groningse lijkt elke keer ingezet te worden als een wildcard. In 2018 in de acht bij de ‘jonkies’ vanwege haar ruime ervaring en nu weer om een gelauwerde roeister bij het team te houden. Eerder dit jaar trainde ze ook al mee in de vier-zonder, de prioriteitsboot van Nederland, omdat Veronique Meester uitviel. De Nereus-roeister kwam op tijd weer terug, waardoor Marloes Oldenburg haar bankje weer moest afstaan. ,,Natuurlijk zou ik graag in de vier-zonder zitten, maar dan moet Veronique er uit en dat gun ik haar ook weer niet als ze beter is.’'

De vele en langdurige testperiodes vond Oldenburg stressvol. ,,Ik ben daar dan wel mee bezig en kan er tot laat ‘s avond over nadenken. Ik weet wel dat het niet nodig is, maar onbewust gebeurt dat wel. Dit jaar heb ik het van me afgezet. Met het roeien heb ik een goede progressie gemaakt.’'

De weg in de twee-zonder naar Tokio is ook nog lang en vol uitdagingen. De boot heeft nog geen kwalificatie voor de Olympische Spelen. Die moet komend voorjaar behaald worden. De eerste grote test is het Europees kampioenschap 9 tot en met 10 oktober in Poznan. ,,Carline neemt na het EK de beslissing of ze doorgaat. Ze zou oorspronkelijk in september aan een nieuwe baan beginnen, maar heeft dat vanwege het uitstel van de Olympische Spelen ook uitgesteld. Als ze afhaakt dan kan ik mogelijk weer in de acht of als reserve van de vier-zonder. Er moet nog veel gebeuren, maar ik ga ernaartoe’', klinkt het vastberaden.

Getrouwd, een eigen huis, wordt de Tokio dan ook een eindpunt van de topsportcarrière van de 32-jarige roeister. ,,De vraag stelde Josy ook al. Ik vind topsport leuk en ga door naar Parijs. Tenzij ik net als Rogier fysieke beperkingen krijg, zoals een hernia. Bij het UMCG hebben ze ook veel begrip en kan ik makkelijk schuiven met de lessen. Het voordeel daarbij is dat Josy zijn planning voor vier jaar maakt. Ik ben bang dat als ik zou stoppen spijt zou krijgen. Dit is mijn carrière en ik kan niet moeder zijn en topsport bedrijven.’'


Koos Bauman

Over Koos Bauman

Koos Bauman is sportfanaat en roeideskundige. Hij schrijft voor de site roeien.nl en is medewerker van RTV Noord en het Dagblad van het Noorden. Zelf heeft Koos basketbal gespeeld bij Olympia, gezwommen bij ZCG en de roeisport beoefend bij roeivereniging De Hunze.