Lycurgus krijgt vooral hele kluif aan Orion-coach

Door: Dick Heuvelman

De messen zijn geslepen in Doetinchem. Ofwel Seesing Orion, de lokale volleybaltrots, is klaar voor strijd om het landskampioenschap tegen titelverdediger Abiant/Lycurgus. Laat dat maar aan Redbad Strikwerda over, de meesterslijper. De coach van Orion heeft een staat van dienst om U tegen te zeggen. Hij is de met afstand succesvolste volleybalcoach van deze eeuw tot nu toe. Zijn prijzenpakket bevat inmiddels 18 trofeeën, waaronder zes landstitels. Drie keer met Dynamo Apeldoorn en evenzovele keren met Landstede Zwolle. Daarnaast nog een hele rits cups en supercups.

Strikwerda gaat weer op jacht naar zijn zevende landstitel, nu dus met Orion. “Dat is het enige doel dat wij ons hebben gesteld dit seizoen, de landstitel. Al die andere prijzen hebben we aan ons voorbij laten gaan.” Dat hij met zijn ploeg dit seizoen vooral heeft verloren van Lycurgus – liefst zes keer – is voor hem bijzaak. Hoewel, zegt hij eerlijk: “Het zegt wel iets natuurlijk. Maar in een reeks wedstrijden zoals deze play-offs om de landstitel komen vooral andere factoren om de hoek kijken. Met name als het gaat om mentale kracht. Daar hebben wij hard aan gewerkt. Wij liggen bijvoorbeeld niet wakker als we zondag de eerste wedstrijd zouden verliezen. Dat verandert namelijk niks aan het feit dat je drie keer moet winnen om kampioen te worden.”

Voor de 64-jarige Strikwerda, zoon van de vroeger bekende knietjesspecialist dr. Rein Strikwerda, is dit seizoen overigens persoonlijk al geslaagd. De topcoach legt uit: “Ik ben een trainer die de opdracht heeft spelers beter te maken. Die opdracht leg ik me zelf op. Nou, dat is gelukt. Al mijn spelers zijn beter geworden dit seizoen. Ik vind dat ook een primaire taak voor een Nederlandse trainer-coach. En in het verlengde daarvan zo veel mogelijk ambitieuze en uiteraard ook talentvolle spelers af te leveren voor het Nederland team. Tot dusver is me dat in mijn trainersloopbaan  gelukt bij negentien spelers. Het zou me niet verbazen als dat er straks 21 worden, want ik geef mijn twee spelverdelers goede kansen binnenkort geselecteerd te worden voor Oranje. Dat geeft mij een trots gevoel.”

Kampioen worden met clubs is voor hem van ondergeschikt belang. Leuk meegenomen, dat wel. Redbad Strikwerda is bovenal volleybalideoloog. “Ik voel me verantwoordelijk voor het omhoog brengen van het volleybalniveau in Nederland. Dat is mijn drijfveer. En ja, van het één komt vaak het ander. Als je spelers beter kunt maken, volgen er vanzelf ook successen. Daarin verschil ik van veel andere trainers. Die gaan voor de prijzen. Zoals ook collega Arjen Taaij van Lycurgus. Hij wil kampioen worden en heeft geld beschikbaar. Dus haalt hij drie, vier of vijf spelers uit het buitenland om dat doel te bereiken. Mocht ik ooit nog eens trainer worden van Lycurgus, dan zou ik dat niet doen. Dan ga ik op zoek naar Nederlandse spelers die heel goed kunnen worden. Maar ik begrijp het wel hoor, die pragmatische aanpak van Taaij. Hij wil ook Europees meedoen en ja, dan moet je wel spelers van over de grens halen.”

– Maar je hebt onlangs tegen het Dagblad van het Noorden gezegd, dat jij Taaij een angsthaas vindt omdat hij met buitenlanders werkt om doelen te bereiken. Dat is toch een ietwat overdreven stelling?

Strikwerda: “Nou ja, ik heb dat ook gezegd om wat reuring te veroorzaken. Dat mag toch? Anders word het allemaal zo saai.”

Hoe dan ook, Strikwerda doet het in Doetinchem met louter Nederlanders. “We hebben nog wel even een Schot gehad, maar die is al weer weg. Schotland is ook geen echt volleyballand. Maar hem konden we zelfs niet eens betalen. Hij moest er bij werken en dat werkte niet.”

Het is één van de grote verschillen tussen Orion en Lycurgus, geeft Strikwerda aan. Geld. Waar de club uit Doetinchem de spelers slechts magere onkostenvergoedingen geeft, zo'n 100 euro per maand, is de kern van Lycurgus professional. Strikwerda: “Ik denk dat die drie buitenlanders van Lycurgus, samen met Wytze Kooistra, die daar nog meer verdient schat ik zo in, samen net zo veel kosten als onze hele ploeg. Ons volledige budget, dus inclusief de organisatie rond het team, bedraagt zo'n 150.000 euro. Het komt er op neer dat wij semi-profs zijn en zij fullprofs. Zij trainen twee keer per dag, wij slechts één keer, aan het eind van de middag. Eerder kan niet, want mijn spelers hebben er ook nog een baan bij.”

Dat is inderdaad andere koek dan de begroting van Lycurgus, die ruim vier ton bedraagt. Dat is ook wel te zien aan de individuele kwaliteiten. Strikwerda: “Als ik die jongens van ons en die van Lycurgus langs de meetlat leg, zijn alle spelers van Lycurgus in potentie beter. Wij hebben ook prima spelers, maar toch van een iets minder niveau. Nou, dat moeten we zien te compenseren.”

Op mentale kracht dus, zoals Strikwerda al eerder aangaf. Hij heeft, om maar eens wat te nomen, ook al wel gezien dat de Bulgaarse passer-loper van Lycurgus, Trifon Lapkov, er de laatste weken met een gezicht als een oorwurm rondloopt omdat hij al enkele weken buiten de eerste keus is gevallen. En zo zijn er meer details die Strikwerda in zijn hoofd heeft opgeslagen. Al die haarscheurtjes die Lycurgus zich dit kalenderjaar moest laten welgevallen, zijn hem evenmin ontgaan. Zoals die bekerflop tegen Taurus en de nederlagen tegen Dynamo. Hij coacht met de visie van wijlen Johan Cruijff; het zijn kleine dingen die het doen. Strikwerda: “Maar echt geheimen voor elkaar hebben we niet hoor. Daarvoor hebben we te vaak tegen elkaar gespeeld dit seizoen.”

Een kampioenschap mag dan bijzaak voor Strikwerda zijn, hij ontkent niet dat het een mooie kers op zijn Oriontaart zou zijn. En dat in zijn eerste, maar ook laatste jaar in de 'hoofdstad' van de Achterhoek. Strikwerda is er teveel tijd mee kwijt. “Ik zie alleen zondagsavonds mijn gezin. Dat wil ik niet meer, dat gereis op en neer naar Doetinchem. Daarom keer ik na dit seizoen terug bij Dynamo in mijn woonplaats Apeldoorn. Daar ga ik ook een volleybalschool beginnen, want wat ik bij die regionale trainingscentra zie, is onvoldoende. Ik wil op mijn manier betere volleyballers kweken.”

En als Lycurgus ooit nog eens bij hem aanklopt? Strikwerda: “Dan zal ik dat serieus overwegen. Eerst maar eens Lycurgus verslaan.”


Dick Heuvelman

Over Dick Heuvelman

Dick Heuvelman is synoniem aan Het Sportgeweten van het Noorden. Maar de oud-sportjournalist van het Dagblad van het Noorden, laat ook de landelijke en internationale sport niet met rust.

WEBSITE