Hans Top

Door: Dick Heuvelman

Een van de meest kleurrijke deelnemers aan de Vier Mijl aller tijden is Hans Top, tegenwoordig beter bekend als de Hoogkerker dakdekker.

In zijn jonge jaren was hij één van de betere lange-aftstandslopers van het Noorden. Landelijk gezien bracht hij het tot de subtop. Hij was een geliefd sportman voor het gilde der sportpers, want Hans Top was een man met tekst, zoal dat heet in die kringen. Hij had voor en na de wedstrijden altijd wel iets bijzonders te vertellen.

Hij werd in 1984 atleet nadat hij in een schaftkeet in Sneek las over de New York marathon. Impulsief als hij van nature is, zei hij direct: Die ga ik ook lopen.

En zo geschiedde, nog datzelfde jaar. Kon mooi worden gecombineerd met de huwelijksreis die hij toch al met zijn kersverse echtgenote Nicolette had gepland. Met een paar weekjes trainen liep Hans Top in de Big City meteen naar een tijd die voor een beginneling erg goed was te noemen: twee uur en 56 minuten.

Vervolgens werd hardlopen zijn passie. Op weg en baan liep hij met de besten mee. Al gauw kreeg hij bekendheid als de atleet die zo gek als een deur was. Zo onderbrak hij eens een trainingstochtje langs het Van Starkenborghkanaal bij warm weer. Aan de overkant van het kanaal zat een groepje opgeschoten jongens met een krat bier binnen handbereik. Hé hardloper, schreeuwden ze hem toe. En daarna: "Hardlopers bin'n doodlopers."

Hans Top reageerde met het subiet uittrekken van zijn sportkleding uit en dook poedelnaakt het kanaal in, zwom naar de overkant waar hij die stomverbaasde bierdrinkers een lesje in bier drinken gaf. In een teug werkte hij een flesje naar binnen, waarna hij weer terug zwom. Het geintje was hem slecht bekomen, zei hij later. "Ik heb met dat bier in mijn pens nog 20 kilometer lopen gobbelen."

In Oude Pekela kreeg hij spreekstalmeester van de noordelijk atletiek, Harm Noor, eens zo gek dat die ook te water ging. Het betrof een weddenschap om het lopen van een tijd die Noor niet voor mogelijk hield voor Top. De Hoogkerker ging die uitdaging aan, maar alleen onder de voorwaarde dat Noor in het toen nog stinkende Pekelder diep zou springen als die tijd WEL zou worden gehaald. Noor was de klos en toonde zich een sportieve verliezer: tot grote hilariteit van het publiek.

Hans Top was ook een echte amateur. Ik win liever een beker of een medaille dan 100 gulden, was zijn drive. Zijn uitleg: "Na 20 jaar is die beker of die medaille er nog steeds, maar zijn die guldens opgevreten of opgezopen. Bovendien zit aan elke beker en medaille een verhaal. Dat vind ik veel mooier."

Maar ook al was er geen eremetaal in zicht, dan nog ging Hans Top tot het uiterste voor een zo goed mogelijke klassering. Gevraagd naar het waarom zei hij: "Dat zit gewoon in me. Ik geef altijd honderd procent, ongeacht waar ik loop. Sterker nog, als ik in mijn grafkist lig, zal ik de planken nog krom slaan."

Toen zijn dochter Mischa skeelerde, wilde Hans dat ook wel eens proberen. Op voorspraak van haar trainer ging hij meetrainen. Hij kwam, zag en overwon. In een tijdsbestek van zes weken, herinnert hij zichm reed ik die hele club aan flarden. Maar zijn eerste echte wedstrijd viel toch bitter tegen. "Man, man, man," zei hij achteraf, die bochten da's niks voor mij. Ik scheet bagger."

In Muntendam ging het mis. Hij haalde hij een bocht niet en belandde bijkans dubbel gevouwen tegen een lantaarnpaal. Schouder, stuk, kop kapot. Geen reden voor Hans Top om met skeeleren te stoppen. "Mijn schoonmoeder had toen pijnstillers en die hielpen. Pil in de kont en rijden maar. Ja, ik had mentaliteit van een topsporter, alleen het lichaam niet."

Als 37-jarige stopte hij met lopen op niveau. Maar als recreant bleef hij aan de Vier Mijl meedoen. Dit jaar ook weer, en ook weer op klompen. Typisch Hans Top, 't ken nait gek genog gaon.


Dick Heuvelman

Over Dick Heuvelman

Dick Heuvelman is synoniem aan Het Sportgeweten van het Noorden. Maar de oud-sportjournalist van het Dagblad van het Noorden, laat ook de landelijke en internationale sport niet met rust.

WEBSITE