Een kleine kijk in de keuken van de Supportersvereniging FC Groningen

Door: John Schurer

Beeld: Eigen archief

Het was de 5e keer (in zes jaar tijd) dat Gon met gillende sirenes naar het ziekenhuis gebracht werd. Wij moesten zelfs een slecht nieuwsgesprek met elkaar voeren. Elke keer was het kantje boord. De laatste keer dat ze op de intensive care net wakker werd uit een zware operatie vroeg ze aan mij “John, heb je nog een vergadering of iets anders deze week, ik kom wel weer bij, heb het weer overleefd, ga je gang maar”. Ik had er zeven jaar voorzitterschap opzitten. Het zou mijn laatste jaar worden. Mijn gevoel gaf aan dat ik moest stoppen.

Het was oktober 2009. Ik was onderweg met een aantal vrienden naar Newcastle waar wij de wedstrijd Newcastle – Chelsea zouden bezoeken. Het waren allemaal vrienden die ook dicht gerelateerd waren aan FC Groningen. Aan de bar op de boot kreeg ik van één van de jongens opeens de vraag “hey John wil jij voorzitter worden van de Supportersvereniging FC Groningen?” Ik keek hem aan, keek vervolgens weer naar mijn glas bier en zei “ als je daar over praten wil, dan wel na deze reis want ik zeg niets toe na mijn 8e biertje”. “Hij doet het wel” hoorde ik even later achter mij.

Het was een open gesprek met twee bestuursleden van de Supportersvereniging FC Groningen. Ik wilde alles weten en zij van mij. Ze hadden hun huiswerk goed gedaan. Ja, ik had bestuurlijke ervaring, liep al mee vanaf 1959, was lid van de Supportersvereniging en ik had een dikke huid. Na individuele gesprekken met alle bestuursleden ben ik er in gestapt. Ik heb zoveel gekregen door de jaren heen van de club en was bereid dit drie jaar te doen. Gewoon iets teruggeven uit dankbaarheid. Gon zei ”wil je het graag doen?”. Ik zei “ja, maar ik wil daar wel alle ruimte voor hebben”. “ je weet het, ieder van ons heeft ook zijn eigen leven, ga ervoor maar dan ook volledig” zei ze met een mooie lach. Gon is nog een groter voetbaldier dan ik. In december 2009 werd ik geïnstalleerd als voorzitter van de Supporters Vereniging FC Groningen en was daar trots op.

Start

Ik schreef een beleidsplan 2010 -2015. Dit legde ik voor aan het bestuur van de SV en gaf aan dat ik die kant op wilde zoals beschreven. Het was toekomst gericht. Belangrijk voor mij was dat de basis van de SV een democratisch samenspel van leden diende te zijn. Onafhankelijk van de club. Het beleidsplan werd door het volledige bestuur aangenomen. Ik wist dat ik soms op een paar lange tenen zou gaan staan maar dat maakte mij geen donder uit, de Supportersvereniging moest met de tijd mee op allerlei fronten. Zowel de ontwikkeling in het voetbal als bij de supporters zou snel veranderen. Hoe je daar achter komt? Door naar mensen te luisteren meer is het niet. Als je luistert dan krijg je binding en krijg je binding dan krijg je een sterke Supportersvereniging. Dat was mijn taak als voorzitter.

FC Groningen

Mijn eerste kennismaking was met Jaap Kruizinga, jarenlang de rechterhand van Hans Nijland. Vanaf het eerste moment klikte dat. Wat mij direct opviel was dat hij luisterde. Eerlijk en oprecht ook als wij het niet met elkaar eens waren. Iemand ook die heel toegankelijk was. Ik weet nog dat hij zei “kan jij tegen Hans Nijland zakelijk op als het moet? “. Ik keek hem aan en zei, “denk jij dat Hans Nijland tegen mij op kan als het moet?”. Ik heb vele bijeenkomsten met Jaap gehad. Over de wedstrijden, supporterszaken, stadionverboden, organisatorische zaken, uitwedstrijden problematiek, trainers, soms wekelijks. De kennismaking met Hans Nijland was veel afstandelijker, zeg maar zakelijker. Ik had het idee dat hij dacht, zo daar heb je er weer één. Ik moest daar een beetje om lachen. Wij komen elkaar nog wel tegen. Sommige mensen zeiden wel eens door de jaren heen je bent een vriend van Hans Nijland waarbij de context lag op slijmerig. Ik zei dan, “ als je een grote jongen bent bel hem gelijk even op en vraag ernaar. Hoor ik nog van je?” Internet gekwalm! Roepen in de woestijn zonder verantwoordelijkheid. Ik heb er een dikke huid van gekregen en sommige mensen goed leren kennen. Ik ga nooit met modder gooien maar sommige mensen zakken dwars door het ijs. Ik heb ze wel eens uitgenodigd, gewoon praten face to face. Kom maar op. Niemand ging er op in. En geloof mij het is nog geen één tiende procent van het geheel dus waar hebben wij het over. De derde in de rij was Mathias Mulder. Een clubman pur sang. Een gewone jongen die veel op zijn gevoel werkt en emotioneel rijk was. Met de voorgaande mensen heb ik een goede, respectvolle en vertrouwelijke relatie opgebouwd. Maar mijn stelling was wel, ik ga nooit op de stoel van de directeur van FC Groningen zitten maar ook niemand van de club zal ook ooit op de stoel van de voorzitter van de Supportersvereniging gaan zitten. Ieder kende zijn plek. We hadden respect voor elkaar.

Heerenveen uit

Uit naar de buurman. Ik moest met een aantal mensen ( ook van de club ) midden in de week voor een vooroverleg naar Heerenveen. Toen wij aankwamen bij het stadion zei de receptioniste dat ze geen idee had waar wij moesten zijn. Lichtelijk geïrriteerd zei Hans Nijland “moeten wij soms zelf op onderzoek uit in het stadion? “. “ja, doet u maar meneer zei ze “ in het half fries en Nederlands”. Ze riep nog even naar Bauke “Bauke weet jij waar deze heren moeten zijn die voetballen zondag tegen ons”. “Geen idee” zei Bauke “maar ik zou gokken op de tweede verdieping dus drie trappen ( ? ) op en dan kan je links of rechts af slaan.“ Na tien minuten zoeken, trap op en trap af via het washok en keuken kwamen we in een ruimte waar al drie heren zaten te wachten. De burgemeester Peter de Jong, bromsnor ( supporterstaal ) van de politie en iemand die noteert. Er zou binnen vijf minuten nog iemand aanschuiven, een dame die nog wat koffie zou brengen. Wij zaten op een verhoging waarbij de stoel net voor een opstaand randje stond. Iedereen waarschuwde elkaar van pas op niet naar achteren anders keil je achterover. “Hallooooo hier ben ik dan ik moest nog even plassen”. Spontaan schoof ze haar stoel naar achteren ging er opzitten en keilde achterover. De burgemeester zei “wat doet u nou?  “Dat was niet slim” bromde iemand van ons aan tafel. De toon was gezet. Al met al werden wij van alle kanten op onze plaats gezet waarbij de burgemeester duidelijk aangaf dat er qua kaarten omgewisseld moest worden ver van Heerenveen af omdat het een risicowedstrijd was. Het was zijn laatste jaar als burgemeester van Heerenveen, dus hij nam geen enkel risico omdat hij een adviesbureau voor gemeentes zou beginnen. Nooit meer wat van hem gehoord trouwens. Het betekende wel actie tegen deze beslissing. Een proteststoet was het gevolg.

Wij als Supportersvereniging hadden de voorgaande week voor de proteststoet gesprekken met de politie Groningen, de Rijkspolitie in het noorden en de Waterschappen Noord Nederland. Een hoop gedoe. Maar wij kregen uiteindelijk toestemming om met maximaal 70 km per uur op de snelweg naar Heerenveen af te reizen. 1250 supporters vanaf de parkeerplaats Hoogkerk met honderden auto’s. De proteststoet was geboren vanwege de slechte regeling. Vrijdags voor de wedstrijd moest ik voor een interview naar een volle zaal van RTV Friesland om daar over te praten. In de hol van de Leeuw. Bijna denigrerend werd mij gevraagd over het doel van deze proteststoet. Pieter Huistra toen trainer van FC Groningen was er ook te gast. De laatste vraag van de interviewster was hoe wordt de einduitslag? Simpel 0-3 zei ik met een glimlach terwijl het publiek honend over mijn heen kwam. De proteststoet werd een groot succes, wij wonnen die uitwedstrijd met 1-4, onze dag kon niet meer stuk. De daar op volgende jaren was het even anders praten in Heerenveen. Het omwisselen vond weer plaatst in Heerenveen. Apart volk die Friezen.

Trainers

Ron Jans, Pieter Huistra, Robert Maaskant, Erwin van der looi en Ernest Faber. De trainers die ik meegemaakt heb in mijn periode als voorzitter. Ik blijf het een apart slag volk vinden. Mensen die je nauwelijks tegen de haren in mag strijken. Ik kan er niets aan doen maar ik heb er niets mee. Elke trainer heb ik altijd gezegd verdiend een kans om er wat van te maken. Maar het zijn over het algemeen mensen die totaal geen affiniteit hebben met supporters. Zeker niet als er kritiek is. Een uitzondering wil ik zeker maken. Pieter Huistra. Ondanks zijn ontslag in zijn laatste jaar was hij het die altijd de discussie aanging met de supporters. Open en eerlijk en dat dwong respect af. Hij was bijna elke thuiswedstrijd na afloop in het Supportershome te vinden. Er was een andere trainer waar ik face to face over een wedstrijd stond te praten waarbij ik wat kritiek gaf over zijn wisselbeleid. Mis! Helemaal mis. De haren gingen bij hem recht overeind staan. De nuance was weg. Een week later kwam ik hem tegen bij een ander sportevenement in de stad. Ik stak mijn hand uit om hem te begroeten maar hij liep mij straal voor bij. Later deed hij dat nog eens bij een uitwedstrijd van FC Groningen waar ik hem wilde feliciteren met zijn overwinning. Niets, liep me straal voorbij zonder ook maar op te kijken terwijl ik zijn naam noemde. Ik vond dat klein, simpel en een teken dat behoudens de kennis van voetbal er totaal geen kennis was hoe je met supporters om moet gaan. Deze mensen leven in een hele kleine wereld. De uitstraling die hij naar buiten graag aangeeft staat compleet haaks hoe hij in werkelijkheid is. Ik stelde mij kwetsbaar op, schreef columns was kritisch maar ook als het goed was gaf ik ze de volle lading. Maar kritiek, gedragen door heel veel supporters past niet in het imago van een trainer. Ze hebben nog steeds niet door dat twintigduizend supporters net zoveel verstand van voetbal hebben dan één voorbijkomende trainer. Ik heb wel eens tegen een trainer gezegd, “wat doe jij als eerste voordat je bij je nieuwe club begint?” “Vertel jij het maar” was het ontwijkend antwoord. Ik zei “meen je dat nou?” “Ja” zei die. “Hoe groot is de club, wat is het achterland van die supporters, wat is de achterban, hoe willen ze graag voetbal zien in de Euroborg, hoe willen ze dat jij moet communiceren, wat voor mentaliteit leeft er onder de bevolking, wat zijn de sociale problemen in het achterland, hoe is de mentaliteit om er een paar te noemen” zei ik. “Dan kan Hans mij maar beter ontslaan”. Tja, dat is ook een antwoord.

De Pers

Je kunt bij journalisten gelijk een scheidslijn neerleggen wie je serieus kan nemen of niet. Alles wat ik kwijt wilde was oprecht en eerlijk. Mijn standpunt is dat dit ook zo geventileerd moet worden naar de buitenwereld toe. En ik moet zeggen op één keer na is dat ook zo gebeurd. Die ene keer was ik er enorm kwaad over en heb dat ook duidelijk gemaakt. Over mij en de Supportersvereniging valt niet te piepelen. Wat ik zeg sta ik voor. Punt. In de afgelopen acht jaar heb ik een paar honderd columns geschreven op de site van de Supportersvereniging, in ons clubblad, in diverse andere bladen en mijn wekelijkse column van Beter Weters bij RTV Noord. Ik neem geen blad voor de mond en het was altijd op persoonlijke titel. Wel hield ik goed in de gaten wat het merendeel van de supporters dachten. Dat betekende luisteren, luisteren en nog eens luisteren zonder dat ik mijn eigen mening gaf. Mijn opdracht was ook vanaf het begin om de Supportersvereniging een smoel te geven naar buiten toe. Zodat de mening van onze vierduizend leden gehoord konden worden. Eerlijk en oprecht. Soms kwam dat keihard binnen bij sommige maar daar zat ik niet mee. Zoals ik al zei, ik heb een dikke huid. Voetbal is emotie, soms de waan van de dag de belangrijkste bijzaak. Het zij zo. Bij RTV Noord hadden ze het snel door. De Supportersvereniging heeft een enorme grote achterban. Als je wat wil weten wat er leeft is dat een goede graadmeter. Ook bij de Supportersvereniging zit een fanatieke harde kern aan supporters. Deze zijn altijd te vinden in het Supportershome na afloop van de wedstrijd. Mannen en vrouwen die al jaren meelopen waarbij de kinderen de geschiedenis meekrijgen over FC Groningen. Die zet je nooit op het verkeerde been. Op mijn columns heb ik zelden of nooit commentaar gehad. Meestal was het “goud zegt mejong zo ist precies”.

Hans

Ik had een bespreking met Hans Nijland. Het zou gaan over commerciële activiteiten van de club en de zorg over de seizoenkaarten verkoop. Maar het liep anders. Door allerlei trieste omstandigheden in de wereld maakten wij ons zorgen. Alles kwam voorbij, zomaar spontaan. Het was een waardevol gesprek althans voor mij, ik zag de echte Hans Nijland. Even geen directeur maar heel open. Soms kan ik mij voorstellen dat hij het gevoel heeft alleen te staan. Althans dat heb ik wel eens gehad. De bespreking bleef toen achterwege en werd later op de agenda gezet. Het zou mij altijd bijblijven. Ik kreeg een kijkje in de keuken hoe een club beheersbaar moest blijven. Maar ook ik gaf een kijkje in de keuken aan de club hoe je supporters beheersbaar moest houden. Soms met de neuzen tegen elkaar aan. Had ik weer een kritische noot geschreven dan stond de telefoon niet stil. Ik hoefde de luidspreker niet eens aan te zetten. Maar ook mooie momenten toen alles precies in elkaar paste. Tien minuten elkaar de waarheid zeggen en dan weer met een bak koffie oplossingen zoeken om over te gaan tot de orde van de dag. Ik koester het.

Het ontvallen van supporters.

Ik was op mijn werk toen om tien uur de telefoon ging. Een supporter aan de lijn. “John ik heb even een vraag. Wij nemen om één uur vanmiddag afscheid van mijn broer. Hij is altijd supporter geweest van FC Groningen. Hij is helemaal op maar heeft nog één wens. Hij ligt naast mij. Zal ik je hem even geven”. “Doe maar’ zei ik zachtjes. “Moi John hou ist”. “Goud” zei ik. “Bij mij is het niet best en het is met een paar uur afgelopen”. “Ja, dat vertelde je broer al ”zei ik. “John ik heb nog een laatste wens mag ik dat vragen?” “Ja natuurlijk”. Hij legde zijn wens uit en vroeg of dat mogelijk was. “ Ik ga mijn best doen voor jou je hoort het op tijd ”zei ik. Ik belde direct FC Groningen op en vertelde het verhaal. De lijnen zijn dan heel kort. En de snelheid ligt hoog. De wens zal in vervulling gaan werd mij verteld. Het was half twaalf en ik belde de supporter terug. “En is het gelukt John?” “Ja” zei ik, “het komt helemaal goed”. Het was even stil aan de andere kant en toen kwam er een “dank je wel jongen”. Zijn broer belde mij om half twee terug, alles was achter de rug hij was rustig ingeslapen. Ik pakte mijn jas ging naar buiten en stak een peuk op. De wereld raasde door maar bij mij stond alles even stil. Waar een club groot in kan zijn. Ik mis nog een memoriaalwall bij het stadion. Dat hoort er te staan.  

KNVB

Conservatief is het woord dat de lading dekt bij de KNVB. Soms schrok ik echt van de kwaliteit aan mensen die daar aan het werk zijn. Bij een voorbespreking over de Johan Cruijffschaal zat ik alleen tegenover twee mensen van de KNVB. Verdere getuigen waren onder meer twee mensen van de club en de politie. Ik was kwaad. Wij als supporters moesten het volle pont betalen voor een kaartje terwijl de KNVB voor bijna de helft aan kaartjes weggaf aan allerlei sponsoren en instanties. “Waar zijn jullie in godsnaam mee bezig” vroeg ik. “Gaat het om jullie KNVB of gaat het om de twee clubs. Nemen jullie ons wel serieus? “. Ook bij PSV onze tegenstander liep het zelfde proces. De arrogante toon stoorde mij. Ik kan daar niet tegen. Die houding, ik kan daar niet tegen. Dit gaat supporters kosten. Dit wordt helemaal niets. Speel die wedstrijden gewoon in twee stadions als voorloper van de competitie. Twee keer volle bak. De desbetreffende persoon van de KNVB kreeg een lachje op het gezicht en wuifde het weg. “ Wij gaan het nog evalueren” zei die. Het zou nog twee jaar duren voor dat daar een verandering in zou komen. In ieder geval niet standaard de Arena meer. Als ze die gratis kaartjes niet hadden weggegeven zat het stadion voor driekwart leeg. De supporters van beide clubs hadden dan ook voor de eer bedankt.

“ Hey John mag ik je even voorstellen aan Gijs de Jong van de KNVB”. Ik was in Zeist en draaide mij om. “Oh maar die kan ik wel” zei de Jong. “Die is bekend bij ons”. Ik zei “dat klopt regelmatig gezien bij bijeenkomsten van ons overkoepelend orgaan van Supportersverenigingen in Utrecht. Praten over alles wat supporterszaken aan gaat. Daar zat hij voor. Directeur Supporterszaken van de KNVB. “ Hoe gaat het” zei die. Ik zei “goed wij zijn altijd druk ”. Ik vertelde hem dat wij bezig waren met het anders ontvangen van supporters van de tegenpartij in samenwerking met FC Groningen, dat wij met anderen een overkoepelend orgaan hadden opgericht en dat wij druk waren met Tjeerd van Dekken en de tweede kamer in verband met de nieuwe voetbalwet. “Mooi” zei die, “dat hadden wij ook al in gedachten” waarna hij zich omdraaide en iemand anders een hand gaf waar hij verder mee in gesprek ging. De KNVB ten top.

Wij als Supportersvereniging gingen in hoger beroep bij de KNVB tegen een straf voor FC Groningen omdat er na wat calamiteiten er geen supporters mee mochten het seizoen erop naar Cambuur. Na drie maanden voorbereiding op het juridisch vlak met onze eigen juridische medewerkers gingen wij naar Zeist. De voorbereiding vanuit de KNVB laat ik maar even gaan. Anders schrijf ik dingen op waar ik later spijt van krijg. Meestal is een dergelijke zaak binnen twintig minuten geregeld en sta je weer buiten. Maar wij beten ons vast. Met twee getuigen en foto’s als bewijsmateriaal. Wij zaten tegenover drie mannen die enorm gepokt en gemazeld waren in het strafrecht. Na anderhalf uur bond de aanklager ( die zat er ook ) van de KNVB behoorlijk in. Wij kregen een goed gevoel om hier uit te komen. Drie weken later werden wij door de KNVB niet ontvankelijk verklaard. Een teleurstelling. Wat later kwam naar voren dat als straks alle Supportersverenigingen hetzelfde zouden doen, dus in hoger beroep gaan voor de club, de beer los was. Daar kon men niet aan beginnen. De straf werd gehandhaafd.

Het laatste

Het beleidsplan is uitgevoerd en we zijn verder doorgestoomd. Het supportershome is compleet aangepakt, de d Ólle Grieze vergroot en zal nog meer uitbreiden, pascontrole in het supportershome nu alleen voor leden, het muntsysteem ingevoerd met moderne betaalmiddelen, twitter, facebook, de site, fan tour met kortingen en het omzetten van de gehele administratie. Wij hebben de laatste acht jaar aan activiteiten een ton terug gegeven aan de club middels, o.a. door het beeld van Tonnie van Leeuwen te kopen en neer te zetten, de rekeningen betaalt voor de sfeeracties, het investeren in de jeugdopleiding van FC Groningen, de fan tour uitwedstrijden met korting en investeren in het FC Groningen museum. Tevens hebben wij weer de Tonny van Leeuwentrofee in samenwerking met het Dagblad van het Noorden in het leven geroepen.

Ik heb een kleine inkijk gegeven in het voorzitterschap van de Supportersvereniging en ben er trots op dat ik meer aan de club terug heb kunnen geven dan alleen woorden. Woorden die op internet of soms ergens anders vaak voorbij komen. Ja, ik ben ook soms hard aangepakt door sommige mensen. Meestal was dat uit rancune of dat men mij niet mag. Het interesseerde mij helemaal niets. De steun die ik hierbij kreeg van mijn collega bestuursleden zijn onbetaalbaar. Mijn leven richt ik zelf in, zo ook voor de Supportersvereniging. Met meningsverschillen heb ik totaal geen problemen. Dat is normaal. Daar kon ik mee uit de voeten. Daar hield ik van het liefst face to face.

Vele gesprekken heb ik gevoerd met diverse instanties, clubs, andere supportersverenigingen, politie, justitie, de pers en de KNVB. Er wordt steeds aan bestuurders gevraagd om een voortdurende afstemming op de behoefte van de leden. Ik blijf te allen tijde trouw aan mijn club en zal zeker andere dingen oppakken als dat nodig zal zijn. De raad van Advies van de Supportersvereniging zal denk ik misschien mijn plekje worden. De kennis die ik heb mag niet verloren gaan. Ik had getekend voor drie jaar maar het werden er acht. En daar heb ik geen seconde spijt van.

Ontwikkelingen veranderen met de dag. Maar het doel blijft hetzelfde; Het op zoveel mogelijke manieren steunen van de voetbalclub FC Groningen en het behartigen van de belangen van de supporters van FC Groningen en voor de vierduizend leden, de jongste 2 minuten en de oudste bijna honderd jaar oud.

Gon zei verbaast “stop jij als voorzitter?”  “Ja Gon, soms moet je naar je gevoel luisteren”.  

John Schurer is voorzitter van de Supporters Vereniging FC Groningen


John Schurer

Over John Schurer

Hij is al een jaartje of zestig behept met het FC Groningen-virus. John Schurer heeft een groen-wit hart. Hij huilde tranen met tuiten na de bekervictorie van de FC. John was ook vele jaren preses van de Supporters Vereniging. Hij produceert met enige regelmaat een column voor Sport in Stad.