Earl Blijd - 35 jaar Vechtkunstenaar

Door: Hans Schrijer

Foto DVHN/Sietse Veenstra

Vechtkunst - met de nadruk op kunst - is wel even wat meer dan je tegenstander een paar rake klappen geven. Dat wordt al snel duidelijk wanneer je de Groningse sportschool Bao Trieu binnenloopt. Een toegangspoort die ook zou passen bij een Aziatische tempel, binnen aan de muur kleurrijk beschilderde Oosterse drakenkoppen, Chinese trommels, weelderig versierde rituele zwaarden en de gigantische brullende muilen waarmee de traditionele leeuwendans kan worden uitgevoerd.

Net als ik me begin te verheugen op een geheimzinnig ochtendje ‘China Town in Paddepoel’ stelt Earl Blijd voor om een bakkie koffie te gaan doen in het winkelcentrum van de wijk, in de heerlijk nuchtere, Hollands bruine eetkroeg ‘Bij Ons’ aan de Eikenlaan. Weekmenu: gebakken scholletje voor maar € 9,95! Daar gaat mijn ‘James Bond’ momentje. Bij Ons is het vaste adresje van Earl, voor van alles: “Het is mijn huiskamer en kantoor tegelijk. Hier zit ik heel vaak wat te werken, met een cappuccino en mijn laptop.”

Sport in Stad wilde graag praten met de hoofdtrainer van Bao Trieu, omdat het deze maand precies 35 jaar geleden is dat hij de Kung Fu training ontdekte. Je mag ook best Wushu zeggen, maar dat legt Earl zo nog even uit. Al die jaren heeft hij geleefd naar de oude wijsheid van Confucius die ook in grote, onontkoombare letters op de muur van de sportzaal staat: Wees niet bang om langzaam vorderingen te maken, wees bang om stil te staan.

Earl Blijd is bij het grote publiek misschien wel de minst bekende, helemaal Groningse internationale sportheld, terwijl hij toch een gevulde prijzenkast van hier tot Tokio heeft.

Rond zijn 35ste stopte hij met de wedstrijdsport op het hoogste niveau, maar toen had hij ook wel alles bereikt wat er aan prijzen te halen viel: meervoudig Europees en Wereldkampioen. De dag na ons interview moet hij even op en neer naar Duitsland om geëerd te worden met een plek in de Europese Martial Arts Hall of Fame, in Engeland is hij jaren geleden al onderscheiden voor zijn grote verdiensten. Begin november was hij nog op uitnodiging in India, om een paar workshops te leiden in het Karate Training Centre van Jalandhar. Op 7 december komt K1-legende Ernesto Hoost naar de sportschool in de Spicastraat om de BTB jeugdkampioenschappen Kung Fu - Wushu af te sluiten met een presentatie, en dat is toch vooral te danken aan het contact met zijn oude bekende Earl Blijd. Nou ja, typ op YouTube de naam Earl Blijd maar eens in en neem de tijd voor alle filmpjes die je dan vindt, al doe je het alleen maar om je te verbazen over Earls grote lenigheid en souplesse.

Hoe komt het eigenlijk dat Earl niet in het Surinaamse Groningen aan de Saramaccarivier woont, maar in Paddepoel aan het Reitdiep? Hij is geboren in Willemstad, Curaçao. Zijn ouders komen uit Suriname. In 1978 kwam Earl naar Nederland om hier in Groningen scheikunde te studeren. Al als kind is hij geïnteresseerd in alles wat met China te maken heeft, omdat hij van moeders kant naast ‘Afro-Surinaams’ ook Chinees bloed heeft meegekregen. De grote doorbraak komt met de Amerikaanse televisieserie ‘Kung Fu’ met David Carradine. Die speelt een in het Westen nog totaal onbekende combinatie van wijze oude man, totaal in balans, geduldig filosoof en meedogenloze vechtmachine, als dat nodig is. De serie krijgt wereldwijd een cultstatus; de hippe filmmaker van nu Quentin Tarantino laat David Carradine op latere leeftijd nog een mooie comeback maken in ‘Kill Bill’.

Earl ziet de serie Kung Fu als tiener. Hij is meteen helemaal om. Hij wil nu alles weten over de Chinese cultuur. Hij ontdekt dat Kung Fu in het Westen vooral geassocieerd wordt met vechten (en dankzij het vlijmscherpe Japanse samoeraizwaard in Kill Bill ook met afgehakte benen en armen), maar het is veel en veel meer. Een levenshouding. De woorden Kung Fu betekenen niks meer en niks minder dan ‘hard werken’ of ‘hard trainen’. Het is een manier om beter te worden: geestelijk en lichamelijk, er zitten technische elementen in, maar ook meditatieve. Het gaat allemaal zo ver als je zelf wilt. Niet per se een sport die gericht is op prijzen winnen, veel meer een levenshouding!

Met ‘exotische’ vechtsporten is het wel vaker mis gegaan in het Westen, vertelt Earl. Zo denken wij bij het Braziliaanse capoeira vooral aan mooie, sierlijke dansen, een beetje baltsgedrag van twee zongebrande verliefden op het strand, maar zeker geen vechtsport. Net als met Tai Chi. Dat zien wij nu als iets voor oude dametjes in het park - Earl maakt met zijn gespierde arm even een wat nichterig gebaar dat niet in een musical zou misstaan, zo van ‘woeps!’ Terwijl er juist oeroude kung fu technieken in zitten, ooit verzonnen om keihard mee toe te slaan in een gevecht! Daarmee is het soms ver weg geraakt van zijn oorsprong: in de tijd van de slavernij was capoeira een bikkelharde strijd op leven en dood, waar menige slaaf zijn vrijheid mee terug heeft gewonnen. Met Kung Fu is het precies andersom: het element ‘dans’ is hier gewoon weggelaten.

“Ik zoek juist de diepgang - ik wil alle aspecten laten zien”.

Daarom zat er in het Jubileumweekend van Bao Trieu ook een Culturele Avond, naast alle sportieve workshops en demonstraties op zondag. De Chinese studente Ying Zou bespeelde de pipa, de Chinese luit. Het muziekstuk dat ze speelde, een echte Chinese klassieker, was ‘Hinderlaag van Tien Kanten’ over een veldslag tussen twee legers, dat dan weer wel. Zelf geeft Earl met zijn groep een muzikale show tijdens het grote Kickboksgala op 23 november in de Martinihal, ze spelen daar op van die grote Chinese trommels.

Zijn er nog meer misverstanden over vechtsport en vechtkunst? Zeker wel. Als ik begin over de dood van sportschooleigenaar en karateka Hans Nijman in Beverwijk nu pas geleden, een aanslag waarbij de link met een afrekening in het criminele milieu snel werd gelegd, zit Earl op het puntje van zijn stoel. Figuurlijk dan, want zijn lichaamstaal is minstens zo rustig en relaxed als die van zijn grote held David Carradine. 

“Weet je wat het is? Vooral kickboksen heeft zo een slechte naam gekregen. Zo’n goed getrainde, grote sterke sporter staat aan veel verleidingen bloot. Ze worden wel eens benaderd door de foute mensen, die zo’n imposante bewaker maar wat graag meenemen als er ergens iets opgehaald of ‘besproken’ moet worden. Al is het maar om wat dreigender over te komen. Daar zit natuurlijk altijd wel een gulle beloning aan vast. Maar met de sport heeft het helemaal niks te maken. Weet je, voetballers en wielrenners doen ook wel eens domme dingen, maar dan maken we nooit de fout om daar de sport de schuld van te geven. Ik weet wel, in vechtsport zit het woord ‘vechten’ en het heeft ook met agressie te maken. Maar ten eerste heeft iedereen een gezonde portie agressie - heb je ook nodig om te presteren - en ten tweede gaat het bij Wushu juist om het beheersen, het in goede banen leiden van die agressie.”

“Natuurlijk is het wel streng. Als kinderen van een jaar of zes, zeven bij mij komen trainen, ben ik best wel ouderwets. Niks geen spelletjes en zitten in een kringetje als op de kleuterschool! Ze moeten gewoon naar me luisteren. En doen! Niks slumpy of ‘spelenderwijs’ iets leren, gewoon luisteren! Uiteraard trainen ze in het begin wel aangepast aan wat kinderen al kunnen: strekken, een beetje stoten, sprongetjes, zeg maar de basis van Kung Fu. En ik let probeer natuurlijk wel aan te passen aan het soort kind, of aan het moment, als het kind niet zo lekker in zijn vel zit, onzeker is, of thuis problemen heeft.”

“Het is voor kinderen heel leerzaam. De stoerste jongens leren dat ze niet onoverwinnelijk zijn, dat er altijd wel een sterkere rond loopt. En de wat schuchtere kinderen, die een beetje bangig zijn van nature, leren juist voor zichzelf op te komen!”

En dan nog ...  een Fataal Moment

Wat vindt Earl zelf nog belangrijk om te noemen, aan het einde van ons gesprek?

“Ik heb een heel zwaar auto-ongeluk gehad, zo’n 20 jaar geleden. Zo zwaar dat ik opnieuw moest leren praten, en opnieuw moest leren lopen. Ik weet niet, of ik die moeilijke fase wel door was gekomen, zonder mijn vechtkunstachtergrond. Ik ging door, ik hield vol, puur op doorzettingsvermogen. De artsen hadden al gezegd dat ik maar niet meer aan sporten moest denken na de revalidatie. Dat gevoel wil ik graag doorgeven aan anderen. Kijk maar eens op de nieuwe website BaoTrieu.com naar het filmpje ‘Fataal Moment’.”

En als je dan toch op de website bent, dan kun je meteen zien wat er in de school van Earl allemaal gebeurt. Van Braziliaans Jiu-Jitsu tot vechten met de Chinese schaapherdersstok, van Zelfverdedigingslessen en Tai Chi tot Sanda, een soort mix van boksen, judo en free fight, maar dan met veel strengere regels over wat wel en niet mag. En dan is er nog Vallen Verleden Tijd, een veilige valtraining speciaal voor senioren!


Hans Schrijer

Over Hans Schrijer

Hans Schrijer, redactie Sport in Stad. Tekstschrijver, copywriter, maar in de eerste plaats sportgek. Uit Nijmegen geƫmigreerde Groninger zonder heimwee.

WEBSITE