De sportwereld rond in een 11-tal vragen: Romke Hoogstra
Hij heeft cv om u tegen te zeggen. Een greep uit de losse pols. Reisde als verslaggever in het spoor van de lange mannen, het volleybalteam dat in Atlanta (1996) Olympisch goud won, de hele wereld over; werkte bij Voetbal International, het Nieuwsblad van het Noorden en RTV Noord. Was directeur van Eurovoetbal en manager operationele zaken in de Euroborg van FC Groningen. Maar de klap op deze vuurpijl is toch wel zijn werk voor als venuemanager in stadions bij grote voetbaltoernooien, zowel van de UEFA als de FIFA. Daarnaast runt hij, tussen al deze bedrijven door, vanuit zijn huis in de meest zuidelijke stadswijk (gemeente Tynaarlo overigens) een eigen organisatiebureau. Jawel, met zijn 64 jaar is hij nog altijd een druk baasje. En als zijn gezondheid dat toelaat, blijft dat ook nog wel even zo. Het sportleven lacht hem namelijk toe.
Wat is voor jou het meest indrukwekkende moment in de Groninger sportgeschiedenis?
Onlosmakelijk verbonden aan de Groninger sportgeschiedenis is wat mij betreft Joop Alberda, die nog in Groningen woonde toen hij in 1996 het Nederlands volleybalteam naar olympisch goud leidde. Absoluut hoogtepunt. Mocht dit niet vallen onder Groninger sportgeschiedenis, dan schuif ik naadloos door naar het olympisch goud van Marianne Timmer op de 1000 en 1500 meter in Nagano, 1998. Topprestatie van een ontzettend leuke meid. Bijkomende herinnering is dat mijn toenmalige RTV Noord collega Henk Kok voor mijn kinderen cadeautjes meebracht uit Nagano. Vond ik erg lief.
Leukste sport om naar te kijken?
Biathlon. Ongelooflijke uitputtingsslag, compleet buiten adem zijn en dan toch de controle hebben over een geweer en met precisie de roos raken. Fantastisch.
Leukste sport om te doen?
Squash. Lekker raggen, niet naar anderen kunnen wijzen als je verliest, uitputtend en prima voor de conditie. Moest er noodgedwongen mee stoppen na twee hernia operaties. Daardoor de lol van op een racefiets zitten weer ontdekt, waarmee ik onlangs de Mont Ventoux beklommen heb. Dat kan voormalig wielerjournalist Dick Heuvelman niet zeggen. Die is er alleen met de auto op geweest.
Favoriete sporter aller tijden?
Jan Brouwer, oud volleybal international, tegenwoordig vaak in het (Groningse) nieuws als hoogleraar. Jan Brouwer was niet alleen volleybaltechnisch en -tactisch onnavolgbaar, maar was bij Lycurgus ook de absolute baas in het veld. En dat was geen sinecure met al die wijsneuzen om zich heen. Jan was vooral een meester in psychologische oorlogsvoering. In de oude Selwerdhal speelde Lycurgus ooit een competitiewedstrijd tegen een promovendus in de eredivisie (Interlance Zaan, als ik me goed herinner), die onder leiding stond van Piet de Saegher, een gelouterde scheidsrechter met internationale ervaring. Voor aanvang meldde de aanvoerder van de promovendus zich bedeesd bij De Saegher, en stelde zich netjes aan hem voor, hem aansprekend met “meneer”. Jan Brouwer rook zijn kans, sloeg de scheids op zijn schouder en zei: “Ha die Piet, hoe is het ermee?” Daarmee had Lycurgus de eerste set al gewonnen.
Grootste ergernis op sportgebied?
Het taalgebruik van profvoetballers in interviews. Alleen al dat ze nagenoeg elke zin beginnen met de frase“ik denk”. Gatver! “Ik denk dat we in de rust met 2-1 voorstonden”. Hoezo “ik denk”? Je stond toch gewoon voor; dat weet je toch? “Ik denk dat we gewonnen hebben.” Ga weg, je hebt gewoon gewonnen! Ik vermoed dat die jongens thuis na het nuttigen van de warme hap tegen hun vrouw zeggen: “Ik denk dat we net gegeten hebben.” Ook irritant: een spits scoort drie keer en zegt na de wedstrijd niet dat hij daar een enorme kick van krijgt, nee..... “Ik ben blij dat ik mijn team heb kunnen helpen.” Hou toch op man!
Beste sportprogramma op tv?
Die Sportschau van het ARD. Keek ik als kind al naar. Toen al geweldig, nog steeds geweldig.
Beste sportprogramma op radio?
Radio Tour de France. Gevarieerd programma met leuke gasten en muziek, goede presentatie en prima verslaggevers.
Beste sportboek?
De Renner van Tim Krabbé. Uitstekend geschreven. Als je het leest, zou je willen dat je stante pede ergens in Frankrijk op de racefiets kon kruipen.
Beste sportcommentator?
Voor wedstrijdverslagen: Jeroen Grueter. Ter zake kundig en geen overbodige tierelantijnen. Als presentator/interviewer: Tom Egbers. In het begin van zijn loopbaan werd hij tijdens een interview afgebrand door toenmalig Ajax voorzitter Ton Harmsen, en sindsdien heb ik altijd een zwak voor hem gehad.
Hij heeft zich sindsdien geweldig ontwikkeld, prettige interviewer, natuurlijke manier van presenteren en nog eens een aardige vent ook. Verder moet ik Henk Kok noemen. Beste radiojournalist die we hier ooit gehad hebben.
Wat is dé sportlocatie van de stad?
Euroborg, thuishaven van FC Groningen. En structureel gezien is de FC op sportgebied toch wel het meest spraakmakende dat Stad te bieden heeft.
Met wie zou je een Groninger koek van stadsbakker Meijer willen eten als ontbijtje?
Met Marianne Timmer. Maar liever nog een diner.