De Sportwereld rond in een 11-tal vragen: Mark van Rijswijk
Door: Machiel Akkerman
Foto: (c) Pro Shots/FOX Sports
Hij werd geboren in het Engelse Runnymede, woonde vanwege vaders’ werk zijn eerste levensjaren in Oman en kwam op zijn 17e studeren in Groningen. Daar vond Mark van Rijswijk zijn roeping en werd voetbalcommentator. Hij leerde de kneepjes van het vak bij OOG-radio en televisie in stad en kwam via een stage bij RTL-7 en werken bij onder andere Eurosport en Talpa op zijn plaats van bestemming terecht: het commentaarhokje bij Fox Sports in alle uithoeken van Nederland. Hij is inmiddels 39 jaar en versloeg al minstens 1000 wedstrijden op locatie. Dit gecombineerd met studiopotjes kom je al snel op een dikke 1500 duels in binnen- en buitenland over de afgelopen vijftien jaar. Zijn beste advies aan studenten die hem op willen volgen is nog steeds: ‘Oefenen, oefenen en nog eens oefenen bij de lokale omroep. Daar leer je alles en mag je fouten maken!.’
Wat is voor jou het meest indrukwekkende moment in de Groninger sportgeschiedenis?
Om het meteen ook heel persoonlijk te maken: de laatste wedstrijden van FC Groningen in het Oosterpark. Voor de beker tegen Volendam en competitie NEC eind 2005. Dat zijn de enige duels die ik specifiek bij mijn werkgever heb aangevraagd om als commentator te mogen doen. Daar liggen mijn roots, ik was heel blij dat ik die wedstrijden toegewezen kreeg. Na afloop van de allerlaatste wedstrijd heb ik ook nog een stoeltje meegenomen van de tribune, dat deed iedereen en het mocht. Het eerste duel van de FC in de Euroborg heb ik ook gedaan en de bekerfinale tegen PEC Zwolle. Dat zijn toch wel mijn persoonlijke Groningse hoogtepunten. Die pure vreugde bij alles en iedereen bij FC Groningen na die bekerwinst. Dat had ik niet willen missen.
Leukste sport om naar te kijken?
Voetbal. Ik kijk alles, kan zo drie of vier wedstrijden achter elkaar kijken. Het komt weleens voor dat ik er vijf kijk op een dag haha. Ik houd zo van voetbal omdat ik het prettig vind dat het een sport is met lage scores. Elk doelpunt is bijzonder. Je weet het echt nooit, heel onvoorspelbaar. Zodra voetbal voorspelbaar wordt haak ik af. Daarom kijk ik veel liever naar bijvoorbeeld Willem II-NAC dan PSG tegen een Franse club in de competitie die ze toch dik winnen. Ik wil vermaakt worden en natuurlijk ook wel wat kwaliteit zien. En er moet iets op het spel staan. Benefietwedstrijden kunnen me niet boeien. Ik kan ook genieten van snooker, tennis en golf maar dan van de echte sporthelden. Ik ben lang niet altijd voor de underdog, vind het mooi zoals recent Tiger Woods of Roger Federer hun reputatie waarmaken als het echt moet.
Leukste sport om te doen?
Zaalvoetbal. Speel ik nog elke woensdag met een groep vrienden, drie tegen drie. Ondanks het niveau gaat het er nog altijd fanatiek aan toe. Als ik speel wil ik winnen. Ik heb ook nog een tijdje elf tegen elf gespeeld in Meppel, maar dat viel niet meer te combineren met werk. Tegenwoordig geef ik wel elke maandag training aan de Onder-7 van FC Oldemarkt. Daar speelt mijn jongste dochter in. Ik begeleid ze ook bij hun wedstrijdjes. Is heel erg leuk om te doen en leerzaam natuurlijk.
Favoriete sporter aller tijden?
Johan Cruijff op voetbalgebied. Ik heb hem één keer ontmoet toen hij te gast was bij een talkshow van Humberto Tan. Ik verzamel voetbalboeken en heb er denk ik wel 40 van hem. Na afloop heeft hij er een aantal gesigneerd. Het was wel grappig want in die uitzending ging het net over copyright. Van de 40 boeken heeft hij er wellicht over vijf zelf inspraak gehad. Dus daar begon hij meteen over als voorbeeld toen hij mijn boeken heeft gesigneerd. Mijn jeugdidool was Gerald Vanenburg overigens en op dit moment kan ik niet om Messi heen uiteraard.
Grootste ergernis op sportgebied?
In het voetbal vind ik het tijdrekken en het zo structureel kapot maken van een wedstrijd. Keepers die er zes minuten over doen om een doeltrap te nemen. Daarom ben ik een groot voorstander van het invoeren van zuivere speeltijd en veel sneller gele kaarten geven voor spelbederf en ook gewoon rood als een keeper in korte tijd twee keer hetzelfde trucje uithaalt en er dan wel mee weg denkt te komen. En nog een kleine, persoonlijke ergernis op commentaargebied is mensen die mij verwijten dat ik partijdig ben. Dat is niet zo. Het interesseert mij niet wie er wint. Waarvan acte.
Beste sportprogramma op tv?
Ik ben een echte voetbalkijker. Ik kies altijd voor live voetbal boven praatprogramma’s. Beroepsmatig kijk ik ze allemaal alsnog want ik moet overal van op de hoogte blijven, maar duels met 2,5 uur voorbeschouwing hoeven voor mij niet. Dan kijk ik liever een Engels potje in het Championship.
Beste sportprogramma op de radio?
Dan kom ik eigenlijk alleen uit op Langs de Lijn, maar ik luister veel meer podcasts. Je kunt zelf bepalen wanneer je luistert, blijft heerlijk op de hoogte op een ontspannen manier. Voor de liefhebbers kan ik Football Weekly van The Guardian aanbevelen. Golazzo is een leuke podcast over het Italiaanse voetbal, The Spanish football podcast inderdaad over Spaans voetbal, ons eigen Voetbalpraat, FC Afkicken en Kon veel minder de podcast over het wel en wee van FC Groningen mag ook niet ontbreken. Dus mijn tip: podcasts gaan luisteren!
Beste sportboek?
Dat is een hele moeilijke want zoals eerder gememoreerd verzamel ik voetbalboeken en ik heb er inmiddels al zo’n 6500. Echt waar. Ik kies drie hoogtepunten. Het veel te korte leven van Robert Enke door Ronald Reng. Voetbalbiografie over de Duitse keeper Robert Enke die zelfmoord pleegde op jonge leeftijd. Weergaloos beschreven, kippenvel. Het beste Nederlandse voetbalboek vind ik De Coolsingel bleef leeg. Hierin beschreef Hugo Borst een jaargang van Feyenoord (seizoen 1995-’96) waarin de club zonder prijzen bleef. Als een soort vlieg-op-de muur volgde hij de club. Zo kreeg je voor het eerst een inkijkje hoe het er echt aan toe gaat bij een (top)club. Marcel van Roosmalen deed dit jaren later overigens ook prima met boeken over Vitesse. Tot slot het boek 32 programmes van de Brit Dave Roberts. Hij en zijn vrouw verhuizen naar de Verenigde Staten en Roberts mag van zijn vrouw uit een enorme collectie slechts 32 programmaboekjes meenemen voor in de boekenkast (de rest komt in een opslag). Aan al die programmaboekjes die hij uiteindelijk kiest om mee te nemen zitten hele bijzondere verhalen, bijvoorbeeld toen hij zijn eerste vriendinnetje had en met haar naar die wedstrijd ging. Hele originele invalshoek.
Beste sportcommentator?
Ik houd het op Theo Reitsma en de Engelse legende John Motson. Van Theo heb ik zelf nog begeleiding gehad als commentator. Dat was wel heel mooi. En van Motson heb ik heel veel boeken, keek tegen hem op in mijn jeugd. Allebei grote voorbeelden.
Wat is dé sportlocatie van de stad?
De Ossehoederstraat waar ik zelf elke woensdag zaalvoetbal haha. Verder de Euroborg of hoe het tegenwoordig ook mag heten. Dat heeft FC Groningen trouwens zo goed gedaan, die overgang van het Oosterpark naar de Euroborg. Supporters er heel goed bij betrokken, precies zoals het hoort. Het hielp natuurlijk ook mee dat ze daar meteen veel succes hadden. Dat voelde meteen heel goed. Is lang niet alle clubs gelukt die voor een ander onderkomen hebben gekozen.
Met wie zou je een Groninger koek van stadsbakker Meijer willen eten als ontbijtje?
Met Karen Venhuizen, de oud-kunstschaatsster. In mijn tijd bij OOG-sport had ik veel contact met haar. Ben zelfs vaak naar haar trainingen geweest. Hele aardige, spontane en leuke meid. Ik ben heel benieuwd hoe het nu met haar is.