De Sportwereld Rond in een 11-tal vragen: Kees Vlietstra
Kees Vlietstra eet en drinkt korfbal. Hij komt uit een echte Nic. familie, begon op zijn zesde al met korfbal, en bleef altijd verbonden met zijn Nic. Hoogtepunten als speler van Nic. waren de twee landstitels op het veld en de twee verloren zaalfinales in Ahoy. De Stadjer is al lange tijd bondscoach van Jong Oranje, met assistentie van zijn jongere broer Mike, en sinds 2018, opnieuw, hoofdcoach van Nic. Daarnaast schrijft hij wekelijks een column op de website van RTV Noord: ‘Door de mand.’
Wat is voor jou het meest indrukwekkende moment in de Groninger sportgeschiedenis?
Dat is de bekerwinst van FC Groningen in 2015. Het was fantastisch om te zien wat dat losmaakte. Het was een beetje een optelsom na de titels van Donar en Lycurgus, de regionale honger naar succes. Voor mezelf zijn herinneringen aan de Europese wedstrijden van FC Groningen tegen Atlético Madrid en Inter Milan ook erg mooi. Ik werd helemaal meegenomen in een gevoel van samen zijn. Tegen Inter stond ik op de tribune, droeg een bril met van die jampotglazen. Fandi maakte de 2-0, het hele vak kwam in beweging. Mijn voeten kwamen niet meer op de grond en mijn bril heb ik daarna niet meer terug kunnen vinden.
Leukste sport om naar te kijken?
Dat is korfbal. Ik vind het echt een prachtige sport om te zien. Een wedstrijd in een vol Ahoy is nog steeds het mooiste. Ik vind sowieso alle tv-sporten in de top prachtig. Snooker, golf, rugby, noem maar op.
Leukste sport om te doen?
Ook hier korfbal. Je moet als korfballer heel allround zijn. Het gaat om aanvallen en verdedigen. En je moet het samen doen. Je hebt elkaar nodig. Korfbal op hoog niveau gaat snel en is enorm fysiek, Ik zie dat regelmatig op Papendal. Het is bijna kunst. Ik vind teamsport sowieso het leukst. Ik ben na mijn actieve korfbalcarrière gaan voetballen. Dat vond ik ook fantastisch om te doen, ook omdat ik het totaal niet beheerste. Het was mooi om te zien dat je steeds een klein beetje beter kan worden door het veel te doen. En de sfeer rond de wedstrijden was fantastisch.
Favoriete sporter aller tijden?
Larry Bird, de oud-basketballer van Boston Celtics. Ik zag ooit een documentaireserie van Mart Smeets over de vier grootste Amerikaanse sporten. Bij basketbal ging het over het kampioenschap van Boston Celtics. Larry Bird was de grote ster van dat team. Hij oogde als een boerenpummel. Je zou hem nog geen stuiver geven, maar hij was een fenomenaal schutter. Hij was een echte winnaar, bracht de stad Boston in vuur en vlam. Ik houd van culthelden en van hun verhalen.
Grootste ergernis op sportgebied?
Het landelijk sportbeleid: sport zien als middel in plaats van als doel. Ik sport niet vanwege de sociale cohesie, enz. Ik sport omdat ik het leuk vind. Sport is wedstrijden spelen, kijken wie de beste is. We slaan teveel door in zijpaden. En wat de gemeente Groningen betreft: de aandacht is teveel gericht op topsportevenementen in plaats van beleid naar de verenigingen toe. Oh ja, schaatsen is voor mij ook een ergernis. Niet alleen omdat ik niet kan schaatsen, maar ook omdat de sport onevenredig veel aandacht krijgt.
Beste sportprogramma op tv?
Vooral de oude sportprogramma’s zoals Holland Sport en Die 2: Nieuwe Koeien van Henk Spaan en Harry Vermeegen. En tegenwoordig kijk ik veel sportdocumentaires. Een aanrader is ‘Last Chance U: Basketball’ op Netflix. Het gaat over een team uit Los Angeles dat geleid wordt door een zeer bevlogen coach die werkt met spelers met een krasje. Zij doen er alles aan om een beurs te krijgen.
Beste sportprogramma op de radio?
Langs de Lijn, een echte klassieker. Helemaal als er meerdere wedstrijden tegelijk aan de gang zijn. Ik luister nog steeds als ik in de auto zit, op zaterdagavond of op zondagmiddag. Het is prachtig om zelf een beeld te maken naar aanleiding van het commentaar. Dat geldt ook voor het schaatsen, maar dan zonder Erben Wennemars. Dat vind ik echt een gruwel.
Beste sportboek?
Ik heb heel veel sportboeken. Het meest bijzondere is voor mij het verzamelde werk van Jan Mulder. Het zijn vier dikke boeken met columns. Het is prachtig zoals hij dingen beschrijft, met oog voor detail en humor. Daar kan ik echt van genieten. Maar de boeken van schrijvers zoals Michel van Egmond en Frank Heinen lees ik ook heel graag.
Beste sportcommentator?
Theo Reitsma. Hij hield zijn mond waar het moest en zag waar het echt om ging. Tegenwoordig kun je de korfbalwedstrijden volgen via live-streams. Het commentaar wordt gedaan door iemand van de club. Die commentatoren zijn, begrijpelijk, een beetje vooringenomen. Wat dat betreft moet ik Piet van Dijken even noemen. Hij sprak het commentaar bij onze wedstrijden van Nic. altijd live in. Dat deed hij ontzettend knap. Daar heb ik nog steeds veel respect voor.
Wat is dé sportlocatie van de stad?
Dat is puur persoonlijk: Sportpark De Wijert. Niet alleen omdat ik er de halve week ben, maar ook omdat het het enige sportpark voor teamsporten is in het centrum van de stad. Het is een fantastische plek met hoge bomen er omheen, een heel intiem plekje.
Met wie zou je een Groninger koek willen eten?
Ik train Jong Oranje (Korfbal) op Papendal. Met de staf hebben we een app-groepje met de naam ‘Worstenbroodje op Papendal.’ Een ieder neemt een keer een traktatie mee. Zo heb ik een paar keer getrakteerd op Knol’s Koek uit de stad. Ik zou wel een keer de Groninger koek van Meijer mee willen nemen en kijken wat mijn stafleden er van vinden.