De sportwereld rond in een 11-tal vragen: Bert Dollekamp
Beeld: eigen archief
Hij aanschouwde het levenslicht op 28 februari 1954 in het pittoreske Ambt Delden. Bivakkeerde daarna in Dodewaard en Vries waar z'n vader gemeentesecretaris werd. In 1975 ging Bert Dollekamp in Groningen studeren aan de Pedagogische Academie en betrok hij een kamer in Stad. Verderop in het leven studeerde Bert onderwijskunde aan de RUG. Hij woont al jaren met levensgezel in het rustieke Harkstede. Dochter en zoon studeren en wonen in Stad. Bert is senior-adviseur Bewegingswetenschappen en Onderwijs aan het UMCG.
Bij toeval kwam Bert in aanraking met damschijven. Op de HBS in Tiel moest hij wegens trammelant de klas verlaten en zich melden bij de concierge. In diens kamer lag een dambord. Het virus deed z'n intrede en beheerst nog immer een groot deel van z'n leven. Hij speelde tientallen jaren met het Drents Tiental in de Ereklasse en etaleert z'n kunde nu in het tweede team van Hijken DTC. Bert is auteur van meerdere damboeken en dammedewerker van het Dagblad. Hij heeft een voetbalcarriere achter zich bij VAKO en Amicitia VMC. Simon Zoetebier plukte hem uit het derde team van VAKO en liet Bert tegen ACV debuteren in het eerste vanwege z'n traptechniek en formidabel inzicht.
Wat is voor jou het indrukwekkendste moment uit de Groninger sportgeschiedenis?
Dat zijn twee momenten. Het wereldkampioenschap dammen van Jannes van der Wal in 1982. En het overlijden van Jannes in 1996. Hij was in de vorige eeuw een echte cultheld. Voorts geeft ik eervolle vermeldingen aan Roel Boomstra, Arie Haan, Arjen Robben, Ronald Koeman en m'n dochter Marleen. Toen zij vijf was ging Marleen met mij mee naar FC Groningen tegen Vitesse. Het was een knotsgekke wedstrijd. Luis Suarez maakte twee goals. De FC won op de valreep met 4-3. Marleen gooide bij de winnende een pakje jus d'orange over haar kleren van opwinding. Haar broer Stijn was achteraf stikjaloers want hij was er niet bij geweest.
Leukste sport om naar te kijken?
Natuurlijk denksporten mits het goed in beeld gebracht wordt. Dammen en schaken is zoveel mee te doen. Bijvoorbeeld met computeranimaties en hardop denken kan in scene gezet worden. Helaas doet Studio Sport er geen klap aan. Een heel enkel keertje doen ze iets voor de buhne. Wat betreft fysieke sporten vind ik turnen en atletiek heel leuk. Het hoeft ook niet altijd topsport te zijn.
Leukste sport om te doen?
Dammen en voetbal. En natuurlijk krabbelen op ijs met schaatsen en ook zwemmen. Ik ben geinteresseerd in vele sporten. Het is als het ware het leven in zakformaat.
Favoriete spoter aller tijden?
Ik wil graag drie absolute toppers benoemen. Roger Federer, Muhammed Ali en turnster Eythora Thorsdattie. Ali was een enorme bluffer en introduceerde de Ali-shuffle. Hij was tevens een enorme persoonlijkheid. Federer is een fantastische sportman en een buitengewoon goed mens. Hij heeft altijd ook een geweldige uitstraling. Thorsdattie is super gracieus. Een sieraad voor het turnen.
Grootste ergernis op sportgebied?
Dat er gigantische bakken met geld omgaan in het voetbal. Zaakwaarnemers gaan er met tientallen miljoenen jaarlijks vandoor en corrupte figuren als oliebaronnen en sjeiks drukken hun stempel. Ik ben helemaal klaar met het voetbal. De lust is me ontnomen. Ik kijk er niet meer naar. Wat een overtrokken gedoe.
Beste sportprogramma op televisie?
Andere Tijden Sport. Er wordt een hoop tijd in research gestoken. Ik heb bijvoorbeeld prachtige reportages gezien over Jannes van der Wal en die volksverhuizing van Feyenoord supporters met schepen naar Lissabon voor een wedstrijd in de Europa Cup. Het gewone Studio Sport wordt geregeerd door kijkcijfers. Men heeft total geen respect en interesse in vele sporten.
Beste sportprogramma op de radio?
Vroeger Radio Tour de France met flitsen en een opzwepend muziekje erbij. Ik heb ooit een bergtijdrit in de Tour bezocht. Theo Koomen kwam op de motor langs. Hij stopte en vroeg hoe de situatie was. Vervolgens riep hij het een en ander voor de radio. Ik geloof dat Theo uit een cafe was gekomen. Het was in 1983. Joop Zoetemelk kwam ook nog voorbij met de tong op z'n schoenen.
Beste sportboek?
Wie door de week traint is 's zondags moe van m'n broer Evert. Hij kan fantastisch schrijven. Het is een inkijkje in de damsport en markeert relativering in de sport. De Renner van Tim Krabbe, Mont Ventoux van Bert Wagendorp en schaakstories van Jan Hein Donner zijn ook topboeken.
Teamsport of individuele sport?
Met teams dammen of schaken vind ik het allermooist. Als voorbeeld noem ik immer Jannes van der Wal. Vlak voor z'n dood wilde hij de schaakclub Groningen niet in de steek laten tijdens een competitiematch in Enschede. Jannes was al gekluisterd aan een rolstoel. Er was vooraf afgesproken dat Jannes aan bord tien zou schaken en dat de partij in remise zou eindigen. Op het allerlaatste moment zag Jannes er vanaf. Hij kon het niet meer opbrengen. Korte tijd later was hij overleden.
Wat is de sportlocatie van de stad?
Die is er helaas nog altijd niet. Er moet razendsnel een topsportlocatie komen. Het is al tientallen jaren een gigantisch gemis. Het is ook heel erg belangrijk voor de verbinding tussen breedtesport en topsport. Blijkbaar begrijpen de verantwoordelijken hier in Groningen dat niet zo goed.
Met wie zou je wel eens een Groninger koek van Stadsbakker Meijer als ontbijtje willen eten?
Gaarne met Ron Jans. Ik vind hem een interessante man. Hij heeft een prima verstand en heeft wel wat diepgang. Komt bovendien uit het onderwijs. Jans kan ook een uitstekende verbindingsman zijn tussen breedtesport en topsport. En hij kijkt verder dan alleen maar voetbal. Laat maar komen.