De lange weg van laatbloeier Ajdin Hrustic
Wanneer Ajdin Hrustic zondagmiddag aan de aftrap staat bij FC Groningen-Sparta is dat al voor de tiende keer in tien wedstrijden. Hij heeft dan al evenveel basisplaatsen achter zijn naam als in het gehele vorige seizoen.
De 23-jarige Australiër mag voor Nederlandse begrippen een laatbloeier worden genoemd. Nederlandse toptalenten maken doorgaans al als tiener hun debuut in de eredivisie. Dat geldt ook voor de lange rij talenten die FC Groningen op sportpark Corpus den Hoorn heeft opgeleid. Met Juninho Bacuna, Ludovit Reis, Daniël van Kaam en Romano Postema als meest recente voorbeelden.
Voor Hrustic was de weg langer. In tijd en in afstand. Geboren in het Australische Melbourne als product van een Bosnische vader en een Roemeense moeder voetbalde hij in zijn jeugd voor drie clubs Down Under om vervolgens een jaartje in de jeugd van Nottingham Forest te spelen. Via omzwervingen bij Austria Wien (ook een jaar) en twee jaar Schalke ’04 kwam hij in de zomer van 2014 bij FC Groningen terecht. De reden: in Gelsenkirchen kwam hij nauwelijks aan voetballen toe. Hij reikte er in twee jaar tijd niet verder dan telkens een handjevol wedstrijden, waarvan het merendeel invalbeurten. Hrustic was bij Schalke ploeggenoot van onder anderen de latere internationals Leroy Sané en Thilo Kehrer en twee in Nederland ook niet onbekende namen als Timon Wellenreuther, de huidige eerste keeper van Willem II, en Donis Avdijaj, vorig seizoen een tijdlang enfant terrible bij datzelfde Willem II en daarvoor bij Roda JC.
In FC Groningen onder 19 was Hrustic doorgaans wel basisspeler. Een wisselvallig talent dat vooral als linkshalf of als nummer ‘10’ werd ingezet. In Hrustic’ eerste jaar als senior deed toenmalig hoofdtrainer Erwin van de Looi geen enkele keer een beroep op hem. Onder diens opvolger Ernest Faber maakte hij een paar maanden voor zijn 21ste verjaardag als invaller zijn debuut in het eerste elftal. Hij kreeg dat seizoen in totaal zeven invalbeurten.
Pas aan het begin van zijn derde seizoen als senior kreeg de Australiër in de Arena tegen Ajax zijn eerste basisplaats. Een fijne herinnering daaraan zal hij niet hebben, want al voor de rust moest hij om tactische redenen het veld ruimen. Daarna wilde het ook nog niet erg vlotten met Hrustic, want in zijn vierde wedstrijd als basisspeler kreeg hij tweemaal onnozel geel. Hij raakte daardoor een flinke tijd uit de gratie bij de trainers. Pas na de winterstop deden Faber en zijn assistent Groninger weer een beroep op hem. Pas in het voorjaar veroverde hij eindelijk een vaste basisplaats. Samen met Tom van de Looi vormde hij negen wedstrijden lang een sterk controleursduo. Hij werd beloond met een nieuw driejarig contract. De weg omhoog leek definitief ingezet. Maar het liep toch weer anders.
Afgelopen seizoen, met Danny Buijs als de nieuwe hoofdtrainer, behielden hij en Van de Looi aanvankelijk hun basisplaats als controleur, maar raakten die na een extreem slechte competitiestart kwijt aan een nieuw duo: Ludovit Reis en Samir Memisevic. Na de winterstop zou Buijs nog maar zes keer een beroep doen op Hrustic en dan telkens als invaller.
De verwachting was dat de wegen van de steeds chagrijniger ogende Hrustic en FC Groningen in de zomer zouden scheiden, maar dat gebeurde niet. Hij bleef. Tijdens de voorbereiding op het huidige seizoen kreeg het publiek een nieuwe en betere versie te zien van de Australiër. Spelend als ‘valse’ rechtsbuiten op de plek van Ritsu Doan had hij met assists en goals ineens veel meer invloed op het spel dan vorig seizoen.
Nu Hrustic veel speelt en volop vertrouwen krijgt van de technische staf straalt hij meer plezier uit dan ooit tevoren in Groningse dienst. Hij lijkt eindelijk zijn grote belofte waar te maken. Toch is een vrij groot aantal supporters nog argwanend en sceptisch. Zij houden vast aan het beeld van Hrustic als arrogante en egocentrische speler. De vraag is of dat beeld nog correct is en zelfs of het dat ooit is geweest. Hrustic is vooral een zelfverzekerde speler. Eentje die vanuit een enorme bewijsdrang ook na mislukte acties vaak weigert om sober te spelen en niet schroomt om opnieuw moeilijke oplossingen te kiezen en riskante passes te geven.
Heeft hij onder een deel van de supporters nog weinig krediet en wordt op elke fout afkeurend gereageerd, een ander deel begint Hrustic zo langzamerhand in de armen te sluiten. Buiten de club groeit de waardering ook en was die er zelfs al veel eerder. FC Emmen-coach Dick Lukkien vindt Hrustic al jaren een geweldige speler en zou hem het liefst op ‘10’ zien spelen. AZ bekeek de linkspoot al enkele keren. Scout Hugo Hovenkamp liet zich onlangs lovend over hem uit.
Hrustic zelf is zich heel goed bewust van de negatieve reacties die zijn spel soms nog oproept. “Mensen denken al snel dat ik arrogant en gesloten ben. Dat ik me gedraag als een diva. En zo heb ik wel meer dingen over mezelf gehoord die niet kloppen. Juist daarom geef ik nog meer voor de mensen die in mij geloven. En ook als het even minder gaat, voel ik nog steeds het vertrouwen. Ik geniet nu dan ook meer van het voetballen”, zei hij onlangs in het FC Groningen-journaal.
Wie de nog steeds pas 23-jarige sinds het begin van de voorbereiding heeft gevolgd en bereid - en in staat - is om met onbevooroordeelde blik naar Hrustic te kijken, zal meer van zijn spel kunnen genieten. En dan zijn soms onbegrijpelijke fouten misschien wat meer voor lief nemen.
Wanneer Hrustic zijn huidige doelpuntengemiddelde volhoudt zal hij aan het eind van het seizoen rond de tien goals uitkomen en daarmee in de transferzomer een gewilde speler zijn. Zo snel kan het gaan in voetbal.