De drie Groninger profs; Mollema en Keizer in de plus, Slagter scoort een min

Door: Theo Sikkema

Het wielerseizoen zit er bijna op. Voor de drie Groninger profs was het een wisselend seizoen. Bauke Mollema sprong er in de twee helft van het seizoen duidelijk uit. Met een onvergetelijk optreden in de Ronde van Frankrijk en zijn eerste World Tour overwinning in de Classica Ciclista San Sebastian. Martijn Keizer deed ook dit seizoen zijn werk bij Lotto-Jumbo NL en scoorde op basis van zijn kwaliteiten een dikke voldoende. Iets wat voor Tom-Jelte Slagter niet het geval is. In februari boekte hij al een vroege zege in het Franse Haut-Var, maar daarna werd het erg stil qua korte uitslagen. Slagter kan beter en moet dat echt meer laten zien.

Bauke Mollema had het seizoen in stijl af willen sluiten. Hij had alles op de Ronde van Lombardije, één van zijn favoriete klassiekers gezet, om nog een keer te vlammen. Het kwam er met een negentiende plaats niet helemaal uit. Op zondag 23 oktober staat de Japan Cup nog op het programma en dan kunnen de benen een aantal weken omhoog om uit te rusten van een voor Mollema interessant seizoen. In die zin interessant dat de tweede helft van het seizoen liet zien dat de kopman van Trek Segafredo nog weer stappen gezet heeft. In de Tour de France verraste hij vriend en vijand door lange tijd mee te strijden om de podiumplaatsen. Die dramatische vrijdag 22 juli zal Mollema vermoedelijk zijn leven lang niet vergeten. Terwijl hij de aanval probeerde te openen werd het zijn ondergang. Een valpartij in regenachtig weer, te weinig goede ploeggenoten om hem heen en de rest is geschiedenis.

Op Saint-Servais Mont Blanc gaf Mollema bijna vierenhalve minuut toe op winnaar Romain Bardet. Hij donderde van de tweede naar de tiende plek om een dag later naar Morzine nog een plekje te verliezen. Plek elf was zijn deel in Parijs. De laatste dagen overschaduwden zijn formidabele optreden in de etappes ervoor. Het counteren van Chris Froome en Nairo Quintana op de Mont Ventoux bracht wielerminnend Nederland en daarbuiten in vervoering. Deze rit ging ook de boeken door het motorincident. We zullen het nooit weten, maar toen leek Mollema de bergop de beste van het hele peloton. Hij durfde aan te vallen en initiatief te nemen. Dat is een nieuw geluid en zeer prettig om te constateren. Mollema wordt begin november dertig jaar en kan waarschijnlijk doordat hij veel later dan de meesten begonnen is met wielrennen ook langer mee. De Tour blijft in ieder geval een uitdaging voor de Groninger en deze jas lijkt hem steeds beter te passen.

Er is veel geschreven over het feit dat Mollema niet in staat zou zijn om het drie weken vol te houden. Daar waar de echte ronderenners in week drie wat over hebben lijkt Mollema wat weg te zakken. Cijfers in termen van tijdsverlies hebben dat ook uitgewezen. Het zou best kunnen, maar het verklaart niet waarom Mollema amper een week na de Tour kon schitteren in de Classica Ciclista San Sebastian. Op 30 juli reed de klimmer naar zijn mooiste overwinning. Zijn eerste klassieke zege. Hij perste er na de laatste steile klim een solo van een kleine veertien kilometer uit om op de streep zeventien seconden over te houden. Een schitterende solozege ook weer ontstaan door zelf het initiatief te nemen en de aanval te kiezen. Dit moet Mollema meenemen naar vorig jaar en dat uitbouwen in andere wedstrijden. Hij eindigde als dertigste op de wereldranglijst. In 2014 was hij zeventiende en vorig jaar kon plek 22 genoteerd worden. De iets lagere klassering komt door wat Mollema zelf ook als kritisch geluid liet horen. Te weinig pieken in de uitslagen van andere aansprekende wedstrijden.

Wat jammer is dat Mollema tijdens de Olympische wegwedstrijd niet over de benen beschikte die hem in San Sebastian het succes brachten. Op het zware parcours moest hij in de finale passen en eindigde relatief anoniem als zeventiende. Overigens wel weer de beste Nederlander. In de Tour of Alberta kon de kopman begin september zijn eindzege, met een tweede plaats in de eindrangschikking, net niet prolongeren. Hoe het volgend jaar met de komst van Alberto Contador gaat aangaande het kopmanschap moet nog blijken. Feit is dat ze binnen de ploeg zeer tevreden zijn over de prestaties van Mollema. Getuige ook de contractverlenging met twee jaar. De verhuizing naar Monaco met betere trainingsmogelijkheden dan in Spanje heeft mede voor de fysieke boost gezorgd. Toen Mollema in aanloop naar de Bauke Mollema tocht nog weer een paar dagen in Friesland trainde had hij grote moeite om een goede intervaltraining te doen. Bergop komt Mollema veel gemakkelijker in de hoge hartslagfrequentie dan op het vlakke land. Dat soort aspecten betaalt zich op de lange duur zeker uit.

Misschien moet Tom-Jelte Slagter verhuizing naar bergachtigere oorden ook maar overwegen. Zijn tweede seizoenshelft was ronduit anoniem met een achtste plaats in de Classica Ciclista San Sebastian als meest opvallende resultaat. Slagter mag in ieder geval tot meer in staat geacht worden dan wat hij nu heeft laten zien.  Zelf blikte de in Slochteren geboren renner tevreden terug op de Tour de France. Hij reed in dienst van de ploeg en dat zal naar behoren gegaan zijn, maar Slagter is een puncher en dan wil je zijn eindschot vaker in stelling gebracht zien worden. Op 17 juli was in de rit van Bourg-en-Bresse naar Culoz plek tien zijn beste klassering. Zijn overwinning op 20 februari in de eerste etappe van de Ronde van de Haut Var is te mager om van een goed seizoen te kunnen spreken. In 2014 was Slagter nog 61e op de UCI-ranking aan het einde van het jaar. Vorig jaar was hij 76e en aan het einde van dit seizoen is de Groninger teruggevallen naar de 152e plek. Dat geeft al aan dat van progressie geen sprake geweest is.

Vorig jaar boekte Slagter in september bijvoorbeeld nog twee overwinningen in de Tour of Alberta, was hij vierde in Grandprix Cicliste de Quebec, tiende in Grandprix Cicliste de Montreal en dertiende in de Ronde van Lombardije. Dit jaar was het in die eendaagse wedstrijden allemaal net een tikje minder getuige een vijftiende en zeventiende plek plus een DNF (did not finish) in Lombardije. Hier staat nog wel een vierde plaats in de eendagskoers Tre Valli Varesine tegenover, waar Slagter op 27 september in een kopgroep van dertien zijn vaardigheden als puncher, tussen renners als Sonny Conbrelli, Philippe Gilbert en Gianluca Brambilla  wel in stelling kon brengen. Slagter heeft voor volgend jaar nog een contract bij Cannondale-Drapac Pro Cycling Team en die verbintenis zal hij ongetwijfeld willen verzilveren. Een aantal meer aansprekende uitslagen dan het afgelopen seizoen zouden dan wel prettig zijn. De afgelopen jaren was Slagter altijd goed voor een aantal aansprekende etappezeges en de conclusie is dan ook niet anders dan dat het voor de 1.69 meter kleine renner een tegenvallend seizoen is geweest. Halverwege liet hij al weten exact dezelfde voorbereiding als andere jaren te hebben gedaan, maar dat het o zo moeilijk is om de goede benen ook op de gewenste momenten te hebben. Dat beeld heeft zich in de tweede helft van het seizoen helaas doorgezet.

Martijn Keizer eindigde het wielerseizoen 2015 bovenaan daar waar het ging over het aantal wedstrijddagen. Hij zat 101 dagen op het zadel in een koers en dat leverde 15.460 wedstrijdkilometers op. Dit jaar was het op dat gebied een tikje minder. ‘Slechts’ 86 koersdagen hetgeen een gedeelde vijftiende plek opleverde in de zogenaamde CQ-Ranking. Corresponderend met 12.987 kilometers. Keizer reed als enige van de drie Groninger profs twee van de drie grote rondes. Daar waar Mollema en Slagter de Tour reden vertoonde Keizer zijn kunsten in zowel de Giro als Vuelta, waarin hij respectievelijk 102e en 137e in het algemeen klassement werd. Keizer had zijn piek qua intensiteit duidelijk in de eerste helft van het jaar liggen. Toen noteerde hij al 58 koersdagen. Daarna reed de Muntendammer alleen nog de Ronde van Denemarken, De Ronde van Spanje en het Europees kampioenschap in Plumelec. Over Keizer zijn positie op de wereldranglijst hoeven we het niet te hebben. Hij is knecht en rijdt af en toe voor zijn kansen. In de Lotto-Jumbo NL ploeg heeft Keizer ook volgend jaar een contract en de ploegleiding zal altijd op hem kunnen rekenen. Een ideale renner om in de ploeg te hebben en het zo mooi zijn als Keizer ergens een keer een overwinning op kan rapen. Zeker in de race tegen de klok moet hij, zeker in kleinere koersen, daartoe in staat worden geacht.

De drie heren gaan nu of binnenkort met vakantie. Het zou mooi zijn als er meer Groningers toetreden tot de rangen der profs. Voorlopig lijkt Jochem Hoekstra hier de meeste kansen op te maken. De Harenaar liep de afgelopen maanden stage bij Giant-Alpecin en deed dat meer dan behoorlijk. De plekjes zijn echter schaars, waardoor het zeker geen gelopen race is. Mollema, Slagter en Keizer zijn weer een jaar rijper en voor de wielerliefhebber alweer uitkijkt naar wat 2017 gaat brengen!


Theo Sikkema

Over Theo Sikkema

Theo Sikkema (1969) is sportliefhebber in hart en nieren. Woont in de stad Groningen en heeft zijn roots in het Ommeland. Hij volgt de Groninger sport op de voet en is sinds 2002 actief in de sportjournalistiek. Allereerst bij OOG-radio sport en sinds medio 2006 bij RTV Noord als freelancer. Theo is allround, maar heeft een voorliefde voor wielrennen. Hij trapt zelf jaarlijks een slordige 5.000 kilometer weg op de racefiets en heeft af en toe een opvatting over iets wat hij heeft meegemaakt of gezien.