Danny Buijs, leider van een knokploeg
Te jong en te onervaren. Nog voor de eerste training heeft menig criticus zijn mening over de nieuwe hoofdtrainer van FC Groningen al klaar. Acht maanden later bivakkeert de 36-jarige Danny Buijs met zijn jonge ploeg in het linker rijtje van de eredivisie. Na afloop van wedstrijden verklaren trainers van de tegenpartij geregeld dat hun ploeg zo ongeveer de slechtste wedstrijd van het seizoen heeft gespeeld. Telkens tegen FC Groningen. Buijs moet wel iets goed doen…
Sportpark Corpus den Hoorn, een ochtendtraining – Luid schalt de stem van Danny Buijs over het trainingsveld. De coach van FC Groningen is zicht- en hoorbaar ontevreden over de uitvoering van een oefening. Met driftige gebaren en met stemverheffing geeft hij uiting aan zijn onvrede. Een binnenvetter is de oud-speler bepaald niet. Zodra hem iets niet zint, laat hij dat horen. Luid en duidelijk. En in niet mis te verstane bewoordingen.
Buijs drukt zich daarbij niet altijd even diplomatiek uit. Om een beeldspraak te gebruiken: waar een vliegenmepper meestal volstaat om een hinderlijke steekmug te verjagen dan wel te pletten, daar schroomt Buijs niet om granaten of vlammenwerpers in te zetten. Dat levert soms onbedoelde ‘collateral damage’ op. Vrienden maak je er in elk geval niet mee. Duidelijkheid schept het wel.
Na acht maanden FC Groningen heeft Buijs’ non-diplomatieke stijl van interne communicatie al voor de nodige haarscheurtjes en scheuren geleid, maar ook treedt er zachtjesaan gewenning op. Buijs bedoelt het meestal niet zo beroerd als het er uitkomt. En wat belangrijker is: hij beseft zelf ook wel dat een toontje lager af en toe gepast is. Al vindt hij ook dat wie niet het uiterste voor FC Groningen wil geven, beter zijn heil beter elders kan zoeken. Zijn verbale erupties komen dan ook vooral voort uit zijn enorme gedrevenheid en drang naar perfectie.
Is er binnen de club de nodige kritiek op zijn humeurigheid en de toonhoogte van zijn communicatie, in de externe communicatie is Buijs doorgaans juist uiterst bedreven. Daarvoor verdient en krijgt hij ook alle lof. Onmiddellijk na een wedstrijd is hij in staat om een objectief beeld te schetsen van wat de neutrale toeschouwer ook zojuist heeft gezien. Onverdiend gewonnen? Buijs spreekt dat uit. Slecht gespeeld? Buijs draait er niet omheen.
Ook tijdens de wekelijkse perspraatjes voorafgaand aan de wedstrijden weet Buijs zijn gedachten en visie uitstekend te verwoorden. En tijdens een coachmiddag in het Willem Alexander Sportcentrum weet hij een gehoor van wetenschappers en coaches te boeien met een helder betoog. Eentje waarin hij zich kwetsbaar opstelt en zijn twijfels deelt, maar zonder daarbij als twijfelaar over te komen.
Dat Buijs na een extreem slechte competitiestart mocht aanblijven als hoofdtrainer dankt hij aan de steun van de fanatieke aanhang en de mensen die hem aanstelden: directeur Hans Nijland en technisch manager Ron Jans. Zij bleven achter hem staan en trokken indirect het boetekleed aan voor de tegenvallende resultaten door de jonge selectie tijdens de winterstop van de ontbrekende routine te voorzien.
Maar ook zonder versterkingen vond Buijs in de laatste maanden van 2018 al de weg omhoog. Waar hij aan het begin van het seizoen nog grotendeels voortborduurde op de speelwijze en opstelling van zijn voorgangers Ernest Faber en Marcel Groninger, daar ging hij halverwege de eerste competitiehelft zijn eigen koers varen. Hij maakte van FC Groningen een heuse knokploeg met verdediger Samir Memisevic als belangrijke pion op het middenveld. Haalde de Trots van het Noorden uit de eerste tien wedstrijden slechts vier punten, uit de volgende zeven wedstrijden waren dat er al elf. Een gemiddelde van anderhalve punt per wedstrijd, een subtopper waardig.
Na de winterstop is FC Groningen onder Buijs steeds beter gaan presteren, met acht overwinningen drie gelijke spelen en slechts nederlagen tegen PSV (2-1), AZ (1-0) en Ajax (0-1).
Buijs is zich ervan bewust dat de goede prestaties niet hand in hand gaan met oogstrelend voetbal en verzuimt niet dat met regelmaat te aan te roeren. Bij het Groningse publiek, in het recente verleden toch vaak zeer kritisch op zijn voorgangers, kan de populaire oud-speler ondanks het vaak wat armoedige spel een potje breken. De aanhang ziet een ploeg die – op een enkele wedstrijd na – strijdt voor elke meter en dat wordt zeer gewaardeerd. Misschien nog wel meer dan verzorgd voetbal.
Wanneer Buijs er met zijn ploeg in slaagt om de play-offs te bereiken, kan hij eind mei terugblikken op een buitengewoon enerverend, leerzaam en bevredigend debuutseizoen. Een seizoen dat - je weet het maar nooit - zelfs nog kan eindigen met een ‘feessie’ op de Grote Markt.