Damspion

Door: Wouter Sipma

Afgelopen week was het weer tijd voor het mooiste vakantiedamtoernooi: Salou Open. Een dikke honderd dammers (en ook vele echtgenotes) verpozen een dag of tien aan de Spaanse kust, waar ze tussen het zwemmen en het maken van uitstapjes door negen dampartijtjes spelen. Maar het gaat ook wel degelijk om de knikkers en er is dan ook ieder jaar een topbezetting.

Doordat het toernooi zijn World Cup-status had verloren, was het wel wat minder dan vorig jaar, maar – spoiler alert– de top-4 van de eindrangschikking bestond uit louter (oud)-wereldkampioenen! Dan denkt u, daar zal Roel Boomstra ook wel bij zitten. Maar nee, dit jaar sloeg hij het toernooi over ten faveure van het WK rapid en blitz in Bergamo (is op het moment van schrijven bezig). Roels tegenstander in de WK-tweekamp later dit jaar (december), Alexander Schwarzman, was er echter wel. En dat gaf mijn deelname een extra dimensie.

Want nu kon ik, als Roels secondant, Schwarzmans doen en laten mooi in de gaten te houden. Het is überhaupt interessant om te volgen hoe een sporter zich tijdens een toernooi gedraagt om optimaal te kunnen presteren, maar nu kon ik ook op andere dingen letten. Hoe gedraagt hij zich als hij zich goed – of juist niet goed – voelt? Is hij zich al aan het voorbereiden op de match? En hoe zit het eigenlijk met zijn conditie?

Overigens ben ik niet de eerste die Schwarzman zo onder de loep neemt. In zijn rijke carrière heeft hij veel illustere tegenstanders tegenover zich gehad in WK-matches. Daarvan heeft er één, Alexander Baljakin (ja, Roels trainer én Roels opponent in de barrage op het afgelopen NK!), in voorbereiding op zijn tweekamp in 1995 zelfs een boek geschreven met de toepasselijke titel ‘Schwarzmanie’. Dus die pakken we er zeker bij, ondanks dat we nu dik twintig jaar verder zijn. Of zouden we juist zelf een tweede deel moeten schrijven?

Terug naar Salou. Wat heb ik gezien? Allereerst dat hij zijn fysieke conditie wel serieus neemt. Hij heeft – op z’n zachtst gezegd – geen sporterslichaam; toch zag ik hem vanaf de vijfde verdieping de trap nemen naar beneden (omhoog ging hij wél met de lift). Ook was hij geregeld op het strand te zien, om een duik te nemen in de zee; op een gegeven moment speelde hij zelfs een snelle remise tegen een collega-grootmeester (topdammers zijn ook mensen) om maar lekker te kunnen zwemmen. Ook let hij op zijn voeding: toen ik hem bij de toetjestafel van het buffet tegenkwam, zei hij: ‘this table is not for me!’. Om vervolgens naar de fruittafel te lopen.

Verder kwam als verrassing dat twee dagen voor het einde van het toernooi zijn gezin ook arriveerde in Salou. Gekscherend wordt gezegd dat wanneer een dammer en gezin beginnen, dat geen goede invloed heeft op zijn spel: een vrouw betekent in de regel min 50 ratingpunten en per kind nog eens min 50. Maar bij Schwarzman ging die regel duidelijk niet op: vanaf het moment dat zijn vrouw en twee dochters in Salou waren verspeelde hij geen punt meer! Oppassen dus, als die opeens bij de WK-match komen supporteren.

En wat had deze bespieding voor invloed op mijn eigen toernooi? Nou, geen geweldige. Er leek een omgekeerd verband te zijn tussen zijn en mijn toernooi: Schwarzman startte slecht (remise in de eerste ronde), ik startte goed. Daarna kroop Schwarzman omhoog, terwijl ik twee partijen op rij verloor. In de laatste fase van het toernooi speelde ik weinig meer klaar (twee remises, met een teleurstellende 18eplaats tot gevolg), terwijl hij juist de laatste twee partijen won! En zo derde werd. Winnaar werd overigens (voor de derde maal op rij, vierde keer in vijf jaar – Real Madrid van het dammen) Alexander Georgiev.

Conclusie: Schwarzman lijkt in behoorlijke vorm (qua dammen, aan zijn fysiek wordt gewerkt) en maakt een redelijk relaxte indruk; damgeheimen heb ik niet ontdekt. En er is weer bevestigd wat ik eigenlijk wel wist: ik kan me maar beter op mijn eigen toernooi richten, hoe moeilijk dat in Salou ook mag zijn. Het is dus beter om in retraite te gaan om Schwarzmans spel onder de loep te nemen… Tot in december!


Wouter Sipma

Over Wouter Sipma

Hij is geboren en getogen in Hijken, maar woont al jaren in Stad. Wouter Sipma was nr. 5 van Europa en nr. 8 van de wereld wat het betreft het dammen. In 2019 werd bij tweede op het NK. Studeerde Natuurkunde aan de RUG en mag zich Master of Science noemen. Produceert met regelmaat een column voor Sport in Stad.